Week van Gebed 2018: Suggesties voor het basisonderwijs

Vooraf
Hieronder volgen zes stappen die proberen het thema van de Week van gebed toegankelijk te maken voor kinderen in de bovenbouw van het basisonderwijs. Docenten kunnen de zes stappen overnemen of enkele onderdelen daaruit nemen en er een eigen les van maken. De stappen bedoelen een entree te geven; uiteindelijk gaat het om het groepsproces en de feedback van de leerlingen.

Lesdoelen
Idee onder deze lesgang is, dat:
a. leerlingen keuzes maken waarmee ze aangeven te begrijpen wat ‘vertrouwen’ is;
b. leerlingen vaardigheid ontwikkelen om ‘behoefte aan vertrouwen’ onder woorden te brengen;
c. leerlingen informatie krijgen over oude poëzie, waarin het niet gaat om rijmen, maar om andere creatieve vormen van taalgebruik.

Stap 1: Wat is vertrouwen?

Stel je de volgende situatie voor. Iemand loopt over een koord met een kruiwagen voor zich. Jou wordt de vraag gesteld of je in de kruiwagen wilt gaan zitten? Wat zeg je?


Zou je desgevraagd in die kruiwagen gaan zitten?  Het verhaal is ontleend aan Tijl Uylenspiegel. Veel mensen bewonderen de koorddanser, maar vinden het te veel gevraagd om zelf onderdeel van de acte te zijn.

Pointe van het gesprek: Het antwoord ja of nee is gebaseerd op het vertrouwen dat je hebt in de koorddanser.

Stap 2: Hoe belangrijk is vertrouwen?

B. Zoals je vertrouwen nodig hebt in de koorddanser, zo is het vaak in de samenleving. Steeds weer zijn er situaties waar het vertrouwen bepalend is voor je keus. Als docent kan je diverse situaties aanreiken en de vraag stellen: Op wie moet je vertrouwen in dergelijke situaties?

1. Vliegtuig

(Vertrouwen op piloot)

2. Lift

(Vertrouwen op liftbouwer)

3. Rechtbank

(Vertrouwen op rechter)

4. Huis

(Vertrouwen op architect)

5. Krant/media

 (Vertrouwen op journalist)

6. Medicijn

(Vertrouwen op dokter)
 
7. Verkeer

(Vertrouwen op medeweggebruiker)

Conclusie van de oefening: Vertrouwen is een basis om mee te leven.  

Stap 3: Hoe kan religie bijdragen aan het onder woorden brengen van vertrouwen?

Religie helpt mensen om vertrouwen onder woorden te brengen. Religie gaat over al datgene wat groter is dan jezelf bent, wat groter is dan je eigen leven. Als docent kan je diverse plaatjes aanreiken en de vraag stellen: In welke tekeningen is er sprake van iets wat groter is dan jezelf bent?

1. Zon

(groter: namelijk onaantastbaar licht)

2. Groei van een plant

(groter: namelijk groeikracht)

3. Liefde tussen mensen

(groter: namelijk geluk dat jezelf overstijgt)

4. Mogelijk als niet aan te vinken: microscoop

(niet: namelijk alles zelf analyseren)

5. Mogelijk als niet aan te vinken: stratenmaker

(niet: namelijk alles zelf leggen)

Conclusie van de oefening: Het zal best nog enige discussie kunnen geven welke tekeningen je wel en welke je niet omcirkelt. Het is namelijk mede afhankelijk van welk element je naar voren haalt: dat wat de mens doet / berekent of dat wat je als cadeau van het leven ontvangt.

Stap 4: Wat heeft gebed met vertrouwen te maken?  

D. Gebed laat je vragen om wat groter is dan je zelf kunt.

Zieke vraagt: ……
Zenuwachtig iemand vraagt: …….
Hongerige vraagt: …….
Slapeloze vraagt: …….

Conclusie van een gesprek zou kunnen zijn dat het je rustig maakt op een moment dat je woorden aan je gevoel hebt kunnen geven.

Een gebed kan vragend zijn, maar kan ook een ander karakter hebben. Je kunt ook blijdschap of dankbaarheid uiten en verwoorden naar iemand die groter is dan je zelf bent.

Iemand die weer gezond is, zal blij zijn omdat: …..
Iemand die een examen gehaald heeft, zal blij zijn omdat: ……
Iemand die voorspoed kent, zal blij zijn omdat: …….

Eventueel kan je bij het gebed nog enkele weetjes toevoegen. Bijvoorbeeld over de gebedshouding.
Waarom zouden bijvoorbeeld moslims knielen in een moskee? (Zou het bescheidenheid kunnen uitdrukken?).
Wat is het voordeel als je als jongens en meisjes in een eigen ruimte bidt? (Zou het met concentratie en voorkomen van afleiding te maken kunnen hebben?).
Waarom zouden veel mensen de handen vouwen bij het bidden? (Zou het met overgave te maken kunnen hebben? Je legt als het ware je situatie in de actieve handen van iemand anders).
Waarom zouden joodse mensen bij de Klaagmuur schokken met het lichaam als ze een gebed uitspreken? (Zou het met kracht van bidden te maken kunnen hebben?)

Stap 5: Wat is het thema van de Week van Gebed?

E. Recht door zee.

In de week van gebed 2018 staat het thema ‘Recht door zee’ centraal. Het thema wil duidelijk maken dat je in geloof durft vast te houden aan je ideaal, je droom. Je gaat er voor. En dat niet twijfelend. Maar met volle overtuiging.

Hoe zit dat met het begrip ‘recht door zee’? Het komt uit de zeevaart. Wat zou het daar betekenen?

Foto van een roeiboot.

Welk woord past bij de tekening:
verlegen / twijfelachtig / wispelturig / duidelijke koers / agressief

Foto van de poster.

Welk woord past bij de poster:
optimistisch / waaghalserig / standvastig / voorzichtig / schoorvoetend  

Conclusie: In het gesprek kan het begrip ‘recht door zee’ verder worden ingevuld als een duidelijke richting en als standvastig.

Stap 6: Wat is het Bijbelgedeelte bij de week van gebed?

F. Lezen van een oud gedicht
Exodus 15

Gespreksvragen:
1. Zou je dit een gedicht noemen? (Nee, want het rijmt niet; ja, want het probeert met beeldende woorden iets duidelijk te maken. Dit is een gedicht uit een andere cultuur, de joodse / bijbelse cultuur. Daar gaat het niet om rijmen, maar om wat je noemt: parallellisme. Je probeert twee keer in andere bewoordingen te zeggen wat je belangrijk vindt).

Dat kan je oefenen:

Jij bent aardig, en …….(voorbeeld: jij bent prettig in de omgang).
Je ziet er leuk uit, en …….. (voorbeeld: je bent een lust voor het oog).
Je hebt leuke kleren aan, en ….. (voorbeeld: je bent bij de tijd met je kleding).
Je kan goed sporten, en ……(voorbeeld: hebt een magnifieke balcontrole).
Je bent bruin getint, en ……. (voorbeeld: hebt een huid als een fotomodel).

Eventueel kan je als extra informatie geven, dat Exodus 15 in de joodse bijbel op een andere manier is afgedrukt dan andere stukjes in de bijbel. De rabbi’s laten de tekst in blokjes plaatsen. Daardoor lijken het legostenen, die op elkaar zijn gezet. De gedachte is: Als mensen die later de tekst lezen over de uittocht uit de ballingschap dat zien, dan herinnert ook de vorm aan de slavernij die ze nu achter zich laten. De legostenen herinneren aan de tichelstenen die de joden als slaven moesten maken in Egypte. Goddank, is die situatie voorbij.