Heer, mag ik niet verwachten?
Dat Uw licht schijnt en de angst verdrijft.
Dat het leven veilig wordt
voor hen die niet terug kunnen naar een eigen huis.
Heer, mag ik niet verwachten?
Dat U hen beschermt tegen de kwaadwilligen
die een pushback naar de zee van ellende beogen
en zelf wel een thuis hebben.
Heer, mag ik niet verwachten?
Nu de vluchteling kille woede over zich heen krijgt,
dat U de harten van hen zal verwarmen
met medemenselijkheid, die zo nodig is.
Heer, mag ik niet verwachten?
Het enige dat ik verlang, is
dat elke vluchteling de liefde mag aanschouwen
op elk verblijf dat wonen uitstelt.
Heer, mag ik niet verwachten?
Dat de vluchteling mag schuilen onder een dak.
tijdens de eindeloze dagen van het kwaad.
Dat een hoge rots hen hoopvol doet staren.
Heer, mag ik niet verwachten?
Dat er mensen opstaan die fier hun hoofd heffen,
en ervoor zorgen dat er nog te zingen valt
en dat kinderen onbevreesd zullen spelen.
Heer, mag ik niet verwachten?
Wij pleiten voor Uw nabijheid en roepen om genade.
Wij stellen ons hart open voor U.
Heer, verberg Uw gelaat niet voor hen.
Heer, mag ik niet verwachten?
Voor hen, die hun moederland hebben verlaten,
omdat de moeders geen zorg meer konden bieden.
Voor hen, die hun vaderland hebben verlaten,
omdat de vaders geen borg meer konden bieden.
Wijs hen de weg Heer over effen paden,
en bescherm hen tegen zoveel vijandigheid.
Lever hen niet uit aan kille handhavers van een foute orde;
valse getuigen blokkeren een menswaardige toekomst.
Heer, mag ik niet verwachten?
Dat zij de oneindige goedheid van U mogen zien
in het land van de levenden.
Verblijven in kamp Lesbos is toch geen leven meer …
Heer, mag ik niet verwachten?
Zij wachten af en velen verliezen de moed.
Laten wij dapper en vastberaden zijn.
Wij zullen niet zwijgen, maar biddend roepen.
Ja; wij wachten op de Heer!
Erik van Duyl, voorganger van de Baptistengemeenten in Apeldoorn en Emmeloord. Het gebed is een bewerking van Psalm 27.