Hoe lhbti-inclusief zijn Europese kerken? Die vraag kreeg de Protestantse Theologische Universiteit in 2019 door het Europees Forum van christelijke LHBT-groepen voorgelegd. Dr. Heleen Zorgdrager en dr. Rein Brouwer onderzochten daarop de inclusiviteit van 46 Europese kerken. Op 8 mei presenteerden ze de resultaten van hun onderzoek. Geert van Dartel, voorzitter van de Raad van Kerken in Nederland, nam als eerste het rapport in ontvangst.
Inclusiviteitsindex
Bij vragen naar de situatie van gelovige lhbti-personen kon tot nu toe alleen gebruikgemaakt worden van verhalen. Met het ontwikkelen van de index en onderzoek onder 46 kerken is nu voor het eerst objectieve informatie beschikbaar. Deze informatie is hard nodig in de dialoog met kerken en in het lobbywerk voor de rechten van lhbti-personen. Om het onderzoek te kunnen uitvoeren, ontwikkelden de onderzoekers een nieuw meetinstrument: de lhbti-inclusiviteitsindex voor Europese kerken. “De index bestaat uit 47 uitspraken over kerken en lhbti-christenen,” zegt Heleen Zorgdrager. “Bijvoorbeeld: ‘De doop wordt bediend aan alle lhbti-mensen en kinderen van lhbti-paren’. Of: ‘Lhbti-mensen hebben onvoorwaardelijk toegang tot het Avondmaal’. Of: ‘De kerk laat zich horen in het publiek debat als het gaat om gezondheids- of andere mensenrechten van lhbti’ers’. Daar konden de medeonderzoekers een waarde aan toekennen: 0, 1 of een halve punt.” Met deze uitspraken gingen partners van het Europees Forum in verschillende landen op onderzoek uit.
De PThU-onderzoekers waren zich welbewust van hun eigen protestantse uitgangspunten in het onderzoek. Daarom zochten zij steeds toenadering tot de rooms-katholieke en oosters-orthodoxe klankbordgroepen binnen het Europees Forum, zowel bij het creëren van de inclusiviteitsindex als bij het analyseren van de resultaten. “Zo zijn we in gesprek gegaan met de rooms-katholieke werkgroep,” zegt Heleen Zorgdrager. “Daarbij hebben we goed naar hun kritische vragen geluisterd en hen laten meedenken over bepaalde interpretaties. Met de orthodoxe werkgroep was geen rechtstreekse dialoog, maar keek er iemand van het Europees Forum mee die buitengewoon goed thuis is in de orthodoxe wereld. Die kon kritisch meekijken of er recht werd gedaan aan de situatie van orthodoxe kerken.”
Vooral gevestigde Europese kerken onderzocht
Het onderzoek heeft vooral gekeken naar de gevestigde kerken in de Europese landen. “De mede-onderzoekers, lokale christelijke lhbti-groepen, hebben zelf een keuze gemaakt van de kerken in hun land waar ze iets over wilden weten,” zegt Rein Brouwer. “Het ligt dan voor de hand dat je kiest voor de meest zichtbare kerken.” Zo zijn in Nederland de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) en de Rooms-Katholieke Kerk onderzocht maar bijvoorbeeld de Gereformeerd Vrijgemaakte Kerk en Remonstrantse Gemeenschap niet. Ook evangelische en pinkstergemeenschappen en migrantenkerken zijn niet in het onderzoek opgenomen. Dat leidde uiteindelijk tot een ranglijst van 46 katholieke, oosters-orthodoxe en protestantse kerken in Europa, geordend naar lbhti-inclusiviteit.
De onderzoekers vergeleken de verschillende denominaties met elkaar. Daarnaast keken ze naar de verschillen binnen de denominaties. “Er is een verschil tussen de ‘kerkfamilies’,” bevestigt Rein Brouwer. “Maar de bedoeling van het onderzoek was niet om te kijken welke denominatie het ‘goed’ doet of ‘niet goed’ doet. Daarmee verklaar je kerken tot boeman.” Heleen Zorgdrager vult aan: “Als je kijkt naar gemiddelde scores, dan scoren protestantse kerken gemiddeld hoger dan katholieke kerken, en die scoren weer hoger dan oosters-orthodoxe kerken. Maar als je dan verder gaat kijken, dan scoren individuele kerken binnen de protestantse kerkgroep soms weer heel laag, terwijl een rooms-katholieke kerk in een bepaald land heel hoog kan scoren.” Dat komt omdat ook andere factoren meespelen: culturele en politieke, de geschiedenis van het land en van de kerk, en of een land bij de Europese Unie hoort of probeert Europese wetgeving door te voeren. “Daar reageren kerken op. Ze verzetten zich, of ze gaan er juist voorzichtig in mee.” Rein Brouwer beaamt dit. “Zelfs binnen de kerkfamilies zijn grote verschillen. Dat genuanceerde beeld hebben we nodig. Als je dit niet genuanceerd in beeld brengt, kun je ook geen conclusies trekken.”
Kerken krijgen huiswerk mee
De onderzoekers schreven per denominatie adviezen: als een kerk een stap vooruit zou willen zetten ten opzichte van een andere kerk, wat zouden ze dan kunnen doen? Die hebben ze samengebracht in 24 ‘stappen vooruit’. Heleen Zorgdrager: “Bij het opstellen van deze stappen heeft het ons geholpen te kijken: welke kerken doen het goed, en waarom? Wat zijn best practices?” Sommige van de adviezen zijn ‘heel basaal’, aldus Rein Brouwer. “Bevestig dat alle mensen kinderen van God zijn en dat daar geen voorwaarden aan verbonden zijn. Als alle kerken dat onderschrijven, is er al een stap gezet. Vervolgens bouw je het verder op: ga een pastorale dialoog aan met lhbti’ers. Ga op zoek naar lhbti’ers die kunnen meedenken over je beleid. Zo gaat het steeds verder, tot er stappen komen die alleen maar zijn weggelegd voor kerken die al heel lang bezig zijn om de rechten van lhbti’ers te behartigen. Bijvoorbeeld: erken dat kerken een negatieve rol hebben gespeeld in de acceptatie van lbhti’ers. Dat is voor sommige kerken nog best een grote stap.”
Alle kerken kunnen met resultaten aan de slag
Wat hopen de onderzoekers en de opdrachtgever dat de kerken gaan doen met het rapport? Ds. Wielie Elhorst, deelnemer aan het onderzoek vanuit het Europees Forum: “Het onderzoek was in zichzelf een enorme opsteker voor de lidgroepen van het Forum. Zij hebben nu een goed onderlegd instrument in handen waarmee zij in hun eigen land en kerk aan de slag kunnen. Naast het rapport is er ook een website ontwikkeld die voor iedereen gemakkelijk toegankelijk is: www.inclusive-churches.eu.” Heleen Zorgdrager: “Je hoopt natuurlijk dat het de kerken stimuleert stappen vooruit te maken, en dat het een steun in de rug is voor lhbti-christenen.” Ook kerken die niet betrokken zijn bij het onderzoek, kunnen met de resultaten aan de slag. “Je kunt naar jezelf als kerk kijken binnen jouw context. Welke kerken lijken het meest op mijn context en hoe doen die het dan, waar zijn ze anders of beter in dan wij het nu laten zien?”
Bij het in ontvangst nemen van het rapport zei Geert van Dartel: “Het feit dat dit onderzoek is gedaan is van grote waarde, wat niet mag worden verwaarloosd. Ik hoop dat de interkerkelijke dialoog over gender en seksualiteit in zowel Nederland als Europa door dit onderzoek een nieuwe impuls zal krijgen. Het is belangrijk dat het LHBT-perspectief zelf in de loop van deze dialoog wordt meegenomen.”
Bron: Website PThU