Religieus analfabetisme, het was voorzitter Jaap Smit van het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken (CIO) die deze uitdrukking gebruikte om duidelijk te maken dat kerken en andere religieuze organisaties in Nederland soms moeilijk of niet worden verstaan en begrepen.
In de 435e plenaire vergadering van de Raad van Kerken, woensdag 10 juni, opnieuw via internet, kwamen het verstaan en doorgronden van elkaars woorden nadrukkelijk aan de orde.
Religie in het publieke domein
Jaap Smit, theoloog en in het dagelijks leven Commissaris van de Koning in Zuid-Holland, sprak met de afgevaardigden in de Raad over het misverstaan van de kerken buiten hun eigen kring. Aanleiding is de brochure ‘Tweeluik religie en publiek domein’ waarin het ministerie van Binnenlandse Zaken ambtenaren van de rijksoverheid, maar ook van provincies en gemeenten duidelijk maakt hoe het zit met de scheiding van kerk en staat en welke ruimte er wel en niet is om als overheid met religieuze organisaties om te gaan.
Voorzitter Smit en secretaris Daniëlle Woestenberg van het CIO wezen eerst op de goede contacten die de religieuze organisatie in deze coronacrisis hebben met het kabinet. Dat heeft ook alles te maken met de minister van eredienst die ons kabinet kent, een functie die van oudsher belegd is bij het ministerie van Justitie, in dezen minister Grapperhaus. Hij is het die dient te hoeden over de juiste invulling van de relatie tussen de kerk en de staat.
Smit wees op de karikatuur van beelden over religieuze organisaties die hij ook in zijn werk in Den Haag tegenkomt, en constateerde dat de discussie over religie vooral beladen is geraakt na de aanslagen op de Twin Towers in 2001 in New York en de aanslagen in naam van het moslimfundamentalisme in Europa de afgelopen decennia. Sommige raadsleden herkenden de beeldspraak. Afgevaardigde Zevenbergen van het Genootschap der Vrienden, wees op de grote problemen die het Genootschap kostte om een bankrekening op te zeggen. Een oorzaak van het misverstaan en niet begrijpen kan de taal zijn die kerken soms gebruiken. De tekst uit het Bijbelboek Efeze ‘Gij geheel anders’, kan je ook onverstaanbaar maken, aldus Smit. Kerken zijn geen voetbalclub of carnavalsvereniging, maar als je het spel van de wereld mee wilt spelen, moet je ook van die wereld zijn. Je moet meespelen tot de grenzen die jezelf stelt, adviseerde Smit.
De Raad toonde zich verheugd met de activiteiten die het CIO de afgelopen maanden in het kader van de coronacrisis heeft ondernomen in het contact met de rijksoverheid. Woestenberg wees erop dat de houding van het CIO wordt ervaren als constructief en bescheiden. Religieuze organisaties toonden eigen verantwoordelijkheid (kerkdiensten vooral via video of geluidsverbinding) en wezen de overheid op mogelijkheden hoe religieuze organisaties binnen de bandbreedte konden opereren. Dat heeft er mede toe geleid dat in tegenstelling tot bv België en Duitsland in Nederland de kerken hun deuren niet hoefden te sluiten. Ds De Reuver, scriba van de PKN, noemde goede verhoudingen met de overheid ontzettend belangrijk, en vice-voorzitter Nieuwerth van de Raad wees op zijn ervaring dat de kerken in de gesprekken met delegaties van het Kabinet op waarde geschat worden. Voorzitter Jaap Smit van het CIO ontleedde voor de Raad nog maar eens de term ‘neutrale overheid’. Dat betekent louter en alleen dat de overheid géén onderscheid maakt tussen religieuze organisaties.
Protest Wereldraad tegen voorgenomen annexatie westelijke Jordaanoever
Daarna boog de plenaire Raad zich over onrust die is ontstaan nadat het moderamen, namens de Raad, een brief van de Wereldraad van Kerken (WCC) en de Raad van Kerken in het Midden-Oosten (MECC) onder de aandacht had gebracht van minister Blok. In deze brief van WCC en MECC wordt bij de Europese ministers van Buitenlandse Zaken protest aangetekend tegen de voorgenomen annexatie van Palestijnse gebieden door Israël. Deze steunbetuiging viel niet in goede aarde bij een deel van de achterban van de Nederlandse kerken die betrokken zijn bij de Raad, alsmede enkele organisaties die zich bekommeren om de relaties met de bevolking van Israël. De bedoelingen van de Raad werden verkeerd verstaan. Bij het secretariaat kwamen veel reacties binnen waarvan een aantal ook met beledigende en haatdragende teksten en zelfs dreigementen. Ook bij de kerken zelf kwamen vele reacties binnen. In de uitvoerige discussie bleek het algemeen gevoelen dat bij dit gevoelige onderwerp eerst alle vertegenwoordigers van de lidkerken geraadpleegd hadden moeten worden, voordat het moderamen hierover had kunnen besluiten. Bij enkele lidkerken bleek onder de achterban zo veel boosheid dat men vraagtekens stelde bij het lidmaatschap. De vergadering besloot, gehoord de discussie, een gezamenlijke uitleg over de gang van zaken te geven, die inmiddels is gepubliceerd. https://www.raadvankerken.nl/nieuws/2020/06/raad-spreekt-over-steunbetuiging-aan-brief-van-wcc-en-mecc/
Tenslotte werd in deze videovergadering afscheid genomen van dr. Joris Vercammen die als aartsbisschop van de Oud-Katholieke Kerk gedurende 20 jaar in verschillende functies voor de oecumene bij de Raad van Kerken actief was. ‘Katholiciteit’, denkend vanuit het geheel van de kerk, dat was volgens Raadsvoorzitter Geert van Dartel voor Vercammen de leidraad in zijn oecumenisch handelen. Vercammen hield de raadsleden voor dat hij door zijn werk voor de Raad oecumenischer is geworden. Een zaak om dankbaar voor te zijn, besloot Vercammen. Hij wordt in de Raad opgevolgd door de Oud-Katholieke bisschop Dick Schoon.
Afscheidswoorden voorzitter aan Joris Vercammen
Beste bisschop Joris,
20 jaar was u namens de Oud-Katholieke Kerk een actief en betrokken lid van de Raad van Kerken. Vandaag neemt u afscheid van de plenaire raad, later in de maand van het Moderamen.
We gaan u vandaag bedanken voor de bijdrage die u aan de raad hebt geleverd. Hoe kun je dat beter doen dan door op getuigenissen terug te vallen. En ik kreeg er één aangereikt:
“Bisschop Joris heeft altijd goede inhoudelijke bijdragen geleverd aan de oecumene, met een warm hart voor de Raad. En hij kijkt breder dan alleen oud-katholiek. Ik heb wel bewondering voor hem.” Dat komt uit het hart.
Als ik aan uw oecumenische inzet denk dan komt bij één woord onmiddellijk naar boven en dat is: ‘katholiciteit’. De katholiciteit van de ene Kerk van Christus is u dierbaar en die is voor u organisch verbonden met de oecumenische beweging. Als aartsbisschop van de Oud-Katholieke Kerk en oecumenische pelgrim had u het geluk op vele niveaus aan de oecumenische beweging deel te kunnen nemen: landelijk, internationaal en plaatselijk.
De Raad van Kerken in Nederland was uw belangrijkste werkplaats voor oecumene. U hebt een grote inhoudelijke bijdrage aan de raad geleverd onder andere in het traject beleving van Eucharistie en Avondmaal en aan het gesprek over de Kerk.
Maar ook nam u deel aan de internationale oecumene bij de Wereldraad van Kerken. De algemene vergaderingen in Porto Alegre en Busan waren mooie, inspirerende gebeurtenissen en u werd lid van het Centraal Comité van de Wereldraad.
Oecumenische verbondenheid wordt echt concreet als die doordringt in het leven van gemeenschappen en mensen. En daarvan bent u zich zeer bewust en daarvoor hebt u zeer geijverd. Op die verschillende niveaus – zo begrijp ik u – zijn het het gebed en de lofzang van de liturgie die het geheel bij elkaar kunnen houden. Daarvoor is openheid nodig.
Voor u begint een nieuwe periode: stilte, studie en geestelijke begeleiding zullen naast het familieleven een grotere plaats in gaan nemen. Namens de Raad dank ik u hartelijk voor uw jarenlange inzet en vriendschap, wens u nog vele mooie jaren waarin u ongetwijfeld als pelgrim voor de eenheid met ons en met het werk van de Raad betrokken zult blijven. In Dei nomine feliciter. Het ga u goed.
Geert van Dartel