Het relatief jonge EO-IKON-programma, iedere week tegen de zondagmiddag uitgezonden, maakt in de titel ‘De Nieuwe Wereld’ een knipoogje naar de Bijbel in Gewone Taal. De Bijbel in Gewone Taal is de jongste vertaalloot aan het firmament van Nederlandse bijbelvertalingen. Eén van de kenmerken van de tekst is dat het soms ingewikkelde vocabulaire van 11.000 woorden in de standaardbijbel terugbrengt naar zo’n 3.000 woorden. Toen de vertalers van de licht verteerbare editie zochten naar minder abstracte varianten voor het ‘Koninkrijk der hemelen’ en het ‘Koninkrijk van God’ kwamen ze uit bij ‘de nieuwe wereld’. De programmamakers om presentatrice Colet van der Ven en presentator Johan Fretz heen, kozen die titel om een actueel oecumenisch programma te maken voor het einde van de zondagochtend.
Zondag a.s. is het weer te zien op NPO2 vanaf 11.30 uur. De omroep gebruikt alle hoeken van de prachtige voormalige schuilkerk De Rode Hoed om diverse stijlvormen en thema’s uit te werken. Het begint met een gesprek op de bank. Zondag zit daar filosoof en theoloog Laurens ten Kate. Hij bekleedt sinds kort de nieuwe leerstoel Vrijzinnige Religiositeit en Humanisme aan de Universiteit voor Humanistiek. Een gereformeerde domineeszoon is hij, die als fragment om in de uitzending te laten zien, koos voor werk van Herman Finkers. ‘Men zegt dat de hemel niet bestaat en dat we die zelf verzinnen; maar dat geldt ook voor werk van Bach; het bestond niet, is verzonnen en bestaat inmiddels toch’.
Een volgende rubriek betreft een discussie. Zondag gaat het over de vraag of het salafisme, een fundamentalistische stroming binnen de islam, verboden moet worden. Het zou spannend zijn om daar een orthodox-christelijk geluid over te horen, maar eerlijk is eerlijk in de regie van het programma past dan toch beter de opinie van Tom Mikkers, voorman van de Remonstranten, die er over in gesprek gaat met historica Nadia Bouras. Niet verbieden, maar wel omlijnen; zo zou je het misschien kunnen samenvatten. Al zal Tom Mikkers daar nog wel tegen sputteren, omdat het naar goed kritisch inzicht altijd toch net iets subtieler ligt dan je in een one-liner kunt samenvatten.
Er is ook een buitenlandse gast. Zondag betreft het een Afghaanse dichteres die werk voorleest in de spotlights van een fotostudio; een hoek van De Rode Hoed met rekwisieten die aan een fotostudio doen denken. In gedragen Nederlans leest ze zondag een gedicht voor, wat ontroerend aankomt als je weet dat het de laatste poëzie was die ze voor haar man heeft gemaakt, kort voordat hij is overleden. Een liefdesgedicht is het eigenlijk.
Voor de afsluiting heeft het nog relatieve jonge programma iets nieuws bedacht. Tijdens de eerste opnames drapeerde de floormanager de gasten speels in een halve cirkel om de statafels en de kansel, die nog is overgebleven van de tijd dat de Remonstranten de kerk gebruikten als schuilkelder aan de Amsterdamse gracht. ‘We moeten toch ook iets met die kansel gaan doen’, opperde één van de programmamakers tijdens een brainstormsessie. ‘Het is ook helemaal in bij andere talkshows om de microfoon aan iemand te gunnen om een mini-speech te geven en het past helemaal bij onze kerkelijke traditie’. En zo kan het gebeuren dat het progressieve levensbeschouwelijke programma zondag de primeur beleeft van de herintroductie van de preek in de interreligieuze talkshow.
Klaas van der Kamp mag de houten stoel als eerste bestijgen en krijgt twee minuten de tijd – het moet qua lengte natuurlijk wel audio-visueel verantwoord blijven – om zijn punt te maken. Hij heeft gekozen voor: De wereld na Keulen. Na een gesprek met Colet van der Ven over de interreligieuze pelgrimage van vrede die maandag in Utrecht plaatsvindt, krijgt hij ruimte om dat te doen wat duizenden collegae van hem iedere zondag doen: de homilie uitspreken.
We bieden hier vast een parafrase van de tekst om een idee te geven hoe kort twee minuten is en om als lezer van dit stukje ook geconfronteerd te worden met de vraag: Hoe maak je zo’n punt? Steek je in op de oneliners? Kies je voor de verleiding? Probeer je een narratief uit? Ongetwijfeld zal de lezer die op zondag de moeite neemt om het programma te bekijken tot de conclusie komen dat de gelezen tekst toch heel anders werkt dan de gesproken tekst.
Gasten die in De Rode Hoed waren zullen weer op andere zaken letten. Bijvoorbeeld op de vraag of het fragment is opgenomen of weggelaten dat de homileet de kansel bestijgt en probeert de deur te sluiten, waarbij sommige onderdelen rond de buik van de kerk vervaarlijk begonnen te wiebelen. De tand des tijds deed zijn werk; en ook de hand van de regie die een lampje had bevestigd op het scharnierpunt van kanseldeur en wand, maar nooit had bedacht dat een kanseldeurtje dient om open en dicht te gaan… De parafrase:
Beste mensen,
Hoe ziet de wereld na Keulen er uit? Neemt Keulen onze dromen af? Verlangen we terug naar vroeger? Toen we Keulen simpelweg associeerden met Eau de Cologne? En de vreemdeling in ons midden een uitzondering was?
Laat me een verhaal vertellen. Er was eens een groep reizigers. Zij zijn op weg. Op een gegeven ogenblik komen ze voor een rivier te staan. Ze kunnen niet verder. Dan komt iemand op het idee om hout te zoeken en een vlot te maken. Met het vlot bereiken ze de overkant. Aan de andere kant gekomen, zijn ze zo blij, dat ze het vlot op de schouders nemen en verder reizen… Het vervelende is alleen, dat ze daarna nooit meer een rivier zijn tegengekomen.
Dat wat eerst heeft geholpen, blijkt later een last te zijn. Dat dreigt als we menen dat we antwoorden uit het verleden simpelweg kunnen herhalen in de toekomst.
Jezus stuurt zijn leerlingen in het evangelie op reis. ‘Neem niets mee voor onderweg, geen brood, geen reistas, geen geld, alleen een wandelstok’. Dat lijkt een slecht advies. Als je zo reist, weet je bij voorbaat dat je van anderen afhankelijk zult zijn. Dat is juist zijn bedoeling. Want als je afhankelijk bent, heb je geen andere keus dan contact te leggen. Als je de ander echt ontmoet, kan het maar zo zijn, dat je anders over elkaar gaat denken. En dan gaan er deuren open die anders gesloten blijven.