De Raad van Kerken heeft met instemming kennisgenomen van de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep woensdag 17 december. De uitspraak maakt het mogelijk voor afgewezen asielzoekers om met de kerstdagen een onderdak en basale voorzieningen te hebben. Daarmee kan kerst ook voor hen in het teken staan van gastvrijheid en aandacht voor elkaar, althans wat de nachtopvang betreft; overdag loopt men op straat zonder enig geld om te besteden.
De rechtbank heeft de gemeente Amsterdam verplicht om asielzoekers zonder papieren voorlopig opvang te bieden. De uitspraken gaan over uitgeprocedeerde asielzoekers in Amsterdam, die in de Vluchtgarage, het Vluchtgebouw of op straat verblijven. Volgens de rechter zijn zij volledig afhankelijk van hulp van derden en deze hulp mag niet worden geweigerd. De consequentie van de uitspraak is, dat de vluchtelingen recht hebben op bed, bad en brood, zoals het in de volksmond is gaan heten.
De Raad van Kerken ziet de uitspraak als een logisch gevolg van een eerdere uitspraak van het Europees Comité voor Sociale Rechten (ECSR). Het Europese Comité riep de Nederlandse overheid al eerder op tot een humanitair beleid voor uitgeprocedeerde asielzoekers. Vele vrijwilligers vanuit kerken en vluchtelingenorganisaties namen met ontsteltenis kennis van het beleid van de verantwoordelijke staatssecretaris Teeven, die hardnekkig weigerde de mensen op humanitaire gronden te helpen. Het is voor de Nederlandse overheid pijnlijk dat de rechter er opnieuw aan te pas moet komen om op de humanitaire verantwoordelijkheid te wijzen.
De kerken gaan er van uit dat diverse gemeenten opvang zullen gaan bieden in vergelijkbare gevallan, nu er een uitspraak van de Nederlandse rechter ligt. Dat is vooral belangrijk voor de vluchtelingen, die gelukkig uitzicht hebben op enkele elementaire basisvoorzieningen ’s nachts voordat de kerstdagen daar zijn. Maar of dat voldoende is om echt een goede kerst te hebben is maar zeer de vraag.