De Bijbel in Gewone Taal kan een bijdrage leveren aan de eenheid. De Bijbel in Gewone Taal is een nieuwe bijbelvertaling in gewone taal zoals die vandaag de dag gesproken wordt. Door deze bijbelvertaling valt de taalbarrière weg en wordt de Bijbel toegankelijk voor iedereen.
Klaas van der Kamp interviewde voor het radioprogramma Kerk in Versnelling van radio Kik (Kerken in Keistad) dr. Matthijs de Jong. De Jong werkt als vertaler en bijbelwetenschapper bij het Nederlands Bijbelgenootschap. Vanaf 2006 heeft hij als vertaler meegewerkt aan de Bijbel in Gewone Taal. De Jong hoopt dat ‘deze bijbelvertaling veel lezers van verschillende achtergronden kan verbinden, dat ze zelf of met elkaar de Bijbel kunnen lezen en de Bijbel ook als dichtbij mogen ervaren, mede dankzij deze gewone taal.’
De oecumenische tekst uit Johannes 17:21 is in de Bijbel in Gewone Taal als volgt vertaald: ‘Laat alle gelovigen samen één zijn. Net zoals wij samen één zijn, Vader. En laat alle gelovigen ook één zijn met ons. Dan zullen alle mensen op aarde geloven dat u mij gestuurd hebt.’ Heel anders dan in de Nieuwe Bijbelvertaling, waar staat: ‘Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn, opdat de wereld gelooft dat u mij gezonden hebt.’ De Bijbel in Gewone Taal kiest gewone woorden en een duidelijke manier van spreken. Een uitdrukking als ‘in u zijn’ is geen gewone taal. Daarom wordt het in de Bijbel in Gewone Taal anders gezegd.
De Bijbel in Gewone Taal gebruikt minder dan 4.000 verschillende woorden. Dat is minder dan bijvoorbeeld de Nieuwe Bijbelvertaling, die bijna 12.000 verschillende woorden gebruikt. De Bijbel in Gewone Taal heeft kortere zinnen en meer tussenkopjes. Woorden als ‘ark’ en ‘verbond’ komen niet voor in deze vertaling: er waren gewone alternatieven mogelijk. Andere woorden die horen bij de tijd van de Bijbel, zoals ‘offeren’ en ‘tempel’, staan wel gewoon in deze vertaling. Zulke termen worden uitgelegd in een aparte woordenlijst. Dit alles om deze nieuwe vertaling zo duidelijk en begrijpelijk mogelijk te maken.
In de Bijbel in Gewone Taal zijn de deuterocanonieke boeken niet opgenomen. Met het oog op oecumene, worden de lutherse, de rooms-katholieke en oosters-orthodoxe kerken dan niet buitenspel gezet? De Jong antwoordt hierop dat hij ‘deze boeken ook graag had opgenomen in deze vertaling’. Het viel echter buiten het projectplan voor de Bijbel in Gewone Taal, mede vanwege de hoeveelheid werk die het zou kosten (de deuterocanonieke boeken zijn in totaal bijna net zo omvangrijk als het Nieuwe Testament, het gaat om ongeveer 240 pagina’s, terwijl het NT er 340 omvat). Hij sluit niet uit dat er in de toekomst alsnog een vertaling van deze boeken zal komen.
Bij een nieuwe bijbelvertaling hoort uiteraard ook kritiek. Mensen zijn het niet eens met de vertaling van een woord of vers. Iemand noemde het zelfs ‘het einde van de theologie!’. De Jong reageert hierop positief: ‘Ik ben blij dat deze nieuwe bijbelvertaling iets losmaakt, dat het mensen aan het denken zet’. Mensen mogen er anders over denken, het niet eens zijn met deze vertaling of zelf een andere voorkeur hebben. ‘Als men maar weet dat deze bijbelvertaling op een integere manier, met liefde en deskundigheid gemaakt is.’
Voor een kort filmpje van Matthijs de Jong over de Bijbel in Gewone Taal en oecumene: klik hier.
Voor het interview:
Foto: Matthijs de Jong