Ieder jaar heeft zijn eigen jargon, de woorden die symbool staan voor de ontwikkelingen en die trendy zijn, even opbloeien en dan ook weer naar de achtergrond verdwijnen. Hieronder een top-tien van het oecumenische jargon over 2013, volstrekt met willekeur en op niet-democratische wijze vastgesteld en daarom ook alleen met de ambitie om de bezoeker te prikkelen en terug te laten blikken op het jaar.
Op één staat een woord, wat misschien in krantenberichten nog weinig is gebruikt, maar wat in de oecumenische rapporten ineens steeds weer terugkeert. Het woord ‘life-affirming’, want daarover hebben we het, is dan ook meer dan een opeenvolging van letters; het staat voor een manier van theologiseren. Het gaat om een theologiseren waar de natuurlijke theologie vermoedelijk makkelijker mee uit de voeten kan dan de openbaringstheologie. Oordeel zelf.
De top-tien van oecumenische trendywoorden.
1. ‘Levensbevestiging’. Het woord ‘levensbevestiging’ is toch wel hét oecumenische woord uit 2013. Het komt uit het rapport ‘Together towards Life’ van de Wereldraad van Kerken, ‘Samen voor het leven’ in het Nederlands. In het Engels klinkt het nog mooier: ‘life-affirming’. En in een zin heet het dan: ‘Local wisdom and culture which is life-affirming is a gift from God’s Spirit’. Daarmee wordt de link gelegd tussen wereld en kerk. Het woord is niet alleen mooi in zichzelf, het brengt de theologie ook in een andere context van denken, dichterbij het leven op een manier waarop Karl Barth het vermoedelijk maar moeilijk zou kunnen beamen.
2. ‘Asiel-activist’. Het woord ‘asiel-activist’ is onder meer door het dagblad Trouw geïntroduceerd om de kerken te typeren. Hoewel de redactie met enige terughoudendheid spreekt over de publieke presentie van de kerken, is er op het gebied van de vluchtelingen nooit sprake geweest van enige scrupules. De kerken gingen vierkant achter de Amsterdamse groep uitgeprocedeerde asielzoekers staan en schuwden de confrontatie met de overheid niet. De PKN diende zelfs een aanklacht in via de oecumene van kerken (CEC) bij de Raad van Europa.
3. ‘Meesterpreek’. Het woord is bedacht door ds. Ruben van Zwieten, als predikant werkzaam bij De Nieuwe Poort op de Zuidas van Amsterdam en in het achterliggende jaar ‘theoloog van het jaar’. Hij verbindt op de Zuidas klassieke Bijbelstudie met yuppenjargon. Dat leidt tot ontspannen uitnodigingen richting de bezoekers van de wolkenkrabbers bij station Amsterdam-Zuid. De vrijdagontmoeting wordt aan de mens gebracht met: ‘Thank God It’s Friday’. En de korte bezinningen door de week heten: Meesterpreek in de lunchbreak. Het geeft weer net een ander accent dan het woord dat – ook al vanuit Amsterdam – zo populair aan het worden is in den lande, zoals onder meer bleek tijdens de Kerkennacht 2013: preek van de leek.
4. ‘Polderimam’. De interreligieuze contacten in Nederland verlopen zeer soepel en worden door verschillende andere raden van kerken in Europa als voorbeeld genomen van hoe het zou kunnen. Het Contactorgaan Moslims en Overheid speelt daarbij een belangrijke rol als belangrijkste koepelorganisatie. De beste medicijn tegen uitsluiting en radicalisering is nog altijd de maximale inburgering en uitputtende contacten; de polderimam zou daarbij kunnen helpen om tot een ‘Nederlandse islam’ te komen.
5. ‘Transformatie’. Alweer zo’n nieuw begrip uit het rapport ‘Together towards Life’. Daarmee is dit rapport de invoerder van nieuw vocabulair bij uitstek. Transformatie wil niet anders zeggen dan wat vroeger heette: bekering. En zo is er ook sprake van ‘transformative spirituality’. Het zijn woorden die bedoeld zijn om ook zoiets als een bekering aantrekkelijk en verleidelijk te maken. Of zou dat een contradictio in terminis zijn?
6. ‘Karakterweekend’. De evangelische voorman Henk Stoorvogel brengt jonge mannen bij elkaar door hen aan te spreken op spiritualiteit en mannelijke verantwoordelijkheid. Het leidde tot een veldslag in beeld gebracht door Pow-news en tot nieuwe woorden die bedoeld zijn om jonge mannen rond ‘De Vier Musketeers’ bij elkaar te brengen. Tijdens een karakterweekend kunnen mannen hun mannelijkheid herontdekken en vieren en in het licht van het geloof een plaats geven. Wie mocht menen dat het om een bescheiden initiatief gaat, vergist zich. Er komen duizenden bezoekers op af.
7. ‘Top2000kerkdienst’. Fred Omvlee is de man die in 2013 stevig aan de weg timmerde met de pioniersplaats op de sociale media. Als een van de weinigen uit de kerkelijke wereld wist hij de voorpagina van de Metro te halen. Hij laat met het initiatief van ‘top2000kerkdienst’ (trefwoord op twitter) zien hoe hedendaagse cultuur en kerk op elkaar kunnen aansluiten.
8. ‘Religiestress’. Het woord is door Tom Mikkers bedacht in 2012. Het bleef in 2013 de gemoederen bezighouden en verwierf zich onder meer een plaats in het Catharijne Convent in Utrecht met een heuse stressmeter.
9. ‘Schoot van ontferming’. Het jaar 2013 is het jaar van het nieuwe liedboek van diverse protestantse kerken. Een dergelijke uitgave, dat weten ook de rooms-katholieke bisschoppen, bepaalt voor een belangrijk deel het jargon en de spiritualiteit van de achterban. De term ‘schoot van ontferming’ is ontleend aan de lofzang van Zacharias en toont de goddelijke inborst. Het nieuwe liedboek heeft ook fraaie, nieuwe oecumenische liederen, zoals het ‘Vlammen zijn er vele’ en wonderlijke gebeden, zoals het gebed ‘Kleine koe’ met woorden als ‘Zegen, God, elke speen’ en ‘Zegen, God, mijn kleine koe’. Of het veel gebruikt zal worden, is onbekend; maar het zorgt er in ieder geval voor dat verschillende gebruikers met een glimlach om de mond door het liedboek bladeren.
10. ‘Vluchtkerk’. De overheid is zelden zo weinig communicatief geweest als het om vluchtelingen gaat dan in 2013. Waar de werkgroep Vluchtelingen nog geregeld met de bewindsman Gerd Leers om tafel heeft gezeten, is er nauwelijks contact met Fred Teeven. Het brengt de vluchtelingen verder in een isolement; waardoor ineens oude begrippen als ‘het asielrecht van de kerk’ herleven.