Onrustig makende zegen

Het is merkwaardig. Wereldwijd zijn er zo’n zestig kerken verenigd. Zij hebben alle fasen doorlopen die te maken hebben met het rouwproces en de vreugde die een hereniging van kerken kenmerken. En toch wordt de vereniging van die kerken niet als opmaat gebruikt voor het geheel van de oecumene. Sterker nog: Er zijn denominaties die de samenwerking liever kwijt dan rijk zijn.

De verenigde kerken waren donderdag 7 november bij elkaar in Busan. Prof. dr. Leo Koffeman had ze bij elkaar gebracht. Ze spraken onderling over de zaken en belangen die hen binden. En merkwaardig genoeg was er daarbij iets van terughoudendheid. ‘Willen ze ons eigenlijk wel zien?’, vroeg één van de afgevaardigden in een gespreksgroep. ‘Is het niet te bedreigend voor de bestaande kerkelijke denominaties om met een ‘post-denominationele’ kerk te maken te krijgen?’ ‘Bij ons is een verenigde kerk’, zei een ander, ‘die achter de naam van verenigde kerk tussen haakjes de naam ‘presbyteriaans’ zet, want anders gaan de migranten die in ons land komen naar een andere kerk toe’.

Het is een dilemma wat geen dilemma zou mogen zijn. Immers alle kerken streven naar eenheid, zo zeggen ze in de regel. Maar op het moment dat die eenheid zich aftekent, krijgt de nieuwe samenwerking het imago lastig te zijn. Je past immers niet meer in de bestaande systemen, waarin de gevestigde kerkelijke leiding denkt. En zo kan het gebeuren dat de Protestantse Kerk in Nederland jaarlijks een rekening krijgt van de Lutherse Wereldfederatie, waarin de kerk niet alleen aangeslagen wordt voor de ongeveer 10.000 lutheranen die de kerk kent, maar ook voor de meer dan twee miljoen leden die de gereformeerden en de hervormden in de vereniging hebben ingebracht.

Ook in het ‘confessional program’ van de Wereldraad is geen plaats ingeruimd voor de verenigde kerken. En in zekere zin is het ook bedreigend voor orthodoxe, gereformeerde en lutherse denominaties als de agenda bepaald zou gaan worden door de verenigde kerken. Want dan zouden er wel eens andere accenten naar voren kunnen komen. Toch moet het op zich de moeite lonen om de verschillende ontstaansgeschiedenissen van die kerken te vergelijken. Ieder van de kerken heeft de groei naar eenheid zeker zes, zeven keer opgeschreven. Als je al die analyses naast elkaar zou leggen, zou de gevolgtrekking wel eens kunnen zijn dat sociologische verschillen zeker zo belangrijk zijn als theologische verschillen om tegenstellingen te handhaven. Het zou ook zeker de moeite lonen om te beschrijven hoe elk van die kerken naar nieuwe identiteit zoekt, omdat je bij het ontstaan van een vereniging nieuwe symbolen en identificatiefiguren nodig hebt om op een gemeenschappelijk verleden terug te vallen. De verenigde kerken laten die inventarisatie nog wat liggen, enerzijds omdat ze zelf allang weer met andere vragen worden geconfronteerd; anderzijds omdat oude confessionele denominaties niet op dat soort benaderingen zitten te wachten.

Tijdens de bijeenkomst in Busan boden de afgevaardigden speels op tegen elkaar waar het gaat om ouderdom. De verenigde kerken in India wezen er op dat ze kort na de tweede wereldoorlog al zijn gefuseerd, nog voordat de Wereldraad ontstond. De Canadese kerken merkten fijntjes op dat zij toen al dertig jaar verenigd waren. En even later kwamen de Zuidduitsers uit Baden voor de microfoon die al in 1821 een kerkfusie meemaakten. In totaal zijn er zo’n zestig van die verenigde kerken. Sinds 1967 overleggen ze met elkaar. Recent zijn er kerkverenigingen geweest in Zweden en in Frankrijk.

Het is de bedoeling dat verschillende vertegenwoordigers van verenigde kerken worden uitgenodigd in 2014, als de Protestantse Kerk in Nederland officieel tien jaar bestaat. De PKN is wat dat betreft nog maar een ‘jonkie’ in vergelijking met andere kerken. Daarnaast ontmoeten de kerken elkaar vaker om zich op gemeenschappelijke thema’s te bezinnen.

Luthers

Tegen de avond kwamen de afgevaardigden van de kerken bij elkaar in de confessionele richtingen. Voor mensen van de PKN is het dan kiezen: of ze gaan naar de gereformeerde koepel of ze gaan naar de lutherse koepel. Wie deze avond voor de lutherse koepel koos, kreeg een verhaal van de afscheid nemende voorzitter van de Wereldraad dr. Walter Altmann. Hij heeft zitting gehad in een speciale commissie die een inventarisatie heeft gemaakt van hoe de lutherse kerkfamilie vijfhonderd jaar reformatie wil herdenken in 2017. Hij benadrukte nog maar weer eens, dat het geen luthers onderonsje moest worden, maar dat alle kerkfamilies mochten delen in de vreugde van 500 jaar Reformatie. ‘Luther heeft nooit de intentie gehad een nieuwe kerk te beginnen. We gaan allemaal terug op het eerste pinksterfeest’.

Altmann meende dat 500 jaar lutherse kerken ook een reden is voor zelfkritiek. En hij roemde de samensprekingen die recent zijn opgezet met de rooms-katholieken en die geresulteerd hebben in een gezamenlijke verklaring over de rechtvaardigmaking. Hij vermoedt, dat de Reformatie in Latijns-Amerika zeker ook door de pentecostals zal worden aangegrepen om feest te vieren. En hij sprak de hoop uit dat het jubileum aanleiding kan zijn om het gesprek met de orthodoxen nog verder te intensiveren.

De lutheranen keken daarbij al weer verder dan Busan en spraken over ‘Van Busan naar Windhoek’. Het is de bedoeling dat de Lutherse Wereldfederatie in 2017 bij elkaar komt in het zuidwesten van Afrika, in de plaats Windhoek. De lutheranen vormen een meerderheid in het gastland Namibië en daardoor kan het Lutherjaar een aardig accent krijgen. Het thema van de LWF zal zijn: ‘Liberated by Gods grace’. Het is de bedoeling om op 31 oktober, de dag dat de 95 stellingen op de slotkapel werden gehamerd, kerkdiensten te beginnen over de hele wereld, die elkaar opvolgen met steeds een uur tijdsverschil. De liturgie moet afgestemd worden en enthousiaste mensen moeten al die kerkdiensten via internet kunnen volgen. Altmann vertelde dat het rapport waarin al dat soort zaken is voorgesteld, wordt afgesloten met de vraag: ‘En wat doen we op 32 oktober?’, daarmee aangevend dat de lutheranen naar de toekomst willen kijken en zich niet blind willen staren op het verleden.

Foto’s:
1. Leo Koffeman als voorzitter van de Verenigde en Zich Verenigende Kerken in Busan
2. Bas Plaisier als één van de deelnemers tijdens de workshop in Busan
3. Walter Altmann op het televisiescherm in de grote vergaderzaal in Busan