Andries Knevel heeft de oecumene ontdekt. In het Nederlands Dagblad van 16 juni geeft hij getuigenis van zijn ontdekking. Knevel verwoordt zijn dankbaarheid te mogen staan op een scharniermoment van de tijden, waarop de tegenstelling reformatorisch en evangelisch ten grave wordt gedragen. Er verschijnt nieuw oecumenisch licht aan de einder. Het is interessant om de vorm van oecumene die hij ziet oplichten wat nader te bekijken. In Andries Radio wil hij daar ook verder op ingaan met een soort van symposium.
Maurice Hoogendoorn gaat er nu al op in met een artikel in het Nederlands Dagblad op de kerkpagina. Maurice Hoogendoorn gaf als opening van het artikel in het ND de kop ‘Evangelicals hebben de toekomst’. Knevel geeft daar invulling aan in het stuk. Het EO-boegbeeld legt uit, dat de breuklijnen de komende decennia niet meer liggen tussen reformatorisch en evangelisch. Wat hem betreft is de scheidslijn de komende decennia die tussen orthodox versus vrijzinnig.
Daarmee verwoordt hij een visie op oecumene die haaks staat op het beleid zoals dat door de kerken binnen de Raad is onderbouwd. In de Raad gaat het om de vraag of er sprake is van een kerk en of men zich expliciet c.q. impliciet kan vinden in het geloof zoals onder meer verwoord is in de Geloofsbelijdenis. Sommige kerken doen dat vanuit een expliciete verwoording in een eigen belijdenis en onderbouwing, de non-credal churches beamen het meer inhoudelijk zonder dat de eigen kerk uitvoerige omschrijvingen kent.
Knevel ziet de tegenstelling tussen evangelisch en reformatorisch als achterhaald. Hij verwijst naar de ervaringen bij Opwekking. Het is bij dat evenement dat inderdaad ook de Evangelische Alliantie, SKIN, EZA en NZR participeren in gezamenlijke vieringen, waarbij inderdaad ook de Raad van Kerken participeert (inclusief overigens de breedte van de kerkelijke band die daarin vertegenwoordigd is).
Aan het einde van het interview vraagt Maurice of naar het idee van Knevel de tijd rijp is dat er meer kerken zullen fuseren. Hij zegt: ‘Vraag het me niet, ik doe er geen voorspelling over. Ik denk wel dat de theologische hoofdstroom van evangelicals, waarin een vruchtbare beïnvloeding van evangelisch en reformatorisch plaatsvindt, de toekomst heeft’.
Zoals bekend werkt ook de Raad van Kerken aan een uitbouw van de oecumene, waarbij dan niet alleen reformatorisch en evangelisch een plek krijgen, maar ook de andere tradities die binnen de kerken te vinden zijn en die zich kunnen vinden in de tekst of een vergelijkbare parafrase van de belijdenis waar de kerk in de katholieke traditie al twintig eeuwen voor staat, waarbij enerzijds de bisschop een plaats heeft die al meer dan 25 generaties lang de schat in aarden vaten heeft verder gedragen en anderzijds de jonge evangelicals die weliswaar een veel kortere traditie vertegenwoordigen, maar die aan enthousiasme toevoegen wat ze nog aan historisch en katholiek besef tekort komen. Zo is er geen tegenstelling tussen jonge oecumenici en katholieke oecumenici; noch tussen orthodox en midden-orthodox of vrijzinnig; de arm reikt aan, waar de voet hem of haar naar toedraagt; het hart voegt toe wat het verstand nog mist.
Klaas van der Kamp,
op persoonlijke titel; het betreft dus geen beleidsmatig bestuurlijk stuk, de bedoeling is slechts een ieder hieronder de kans te bieden om verder analyserend eigen gedachten te formuleren ten einde de oecumene als geheel helder voor het voetlicht te krijgen.