De Raad van Kerken wil het gesprek voeren over de beleving van eucharistie en avondmaal. Als eerste verkenning is de vastenbrief van mgr. Wim Eijk genomen en aan diverse mensen gevraagd daarop te reageren. Ds. Dick van der Zwaag, (kandidaat-)lid van de Raad van Kerken vanuit de Christelijk Gereformeerde Kerk, predikant van de Pniëlkerk te Veenendaal en lid van Deputaten Eenheid, is desgevraagd bereid op persoonlijke titel een reactie te geven. Hieronder zijn brief:
Beste Klaas,
Je vroeg me om een reactie te geven op de vastenbrief van mgr. Eijk. Zelf heb je al het een en ander daarover geschreven en je zult wel hebben gedacht: ‘k ben benieuwd hoe ze over die brief in christelijk gereformeerde kring denken. Je zult begrijpen dat ik slechts een persoonlijke reactie geef en niet een kerkelijk standpunt verwoord.
Het doel van de brief is –zo blijkt aan het eind- dat die besproken gaat worden in de parochies. Mgr. Eijk wil op deze manier geestelijke leiding geven en dat is te waarderen. Dat mag immers ook van kerkelijke leidslieden verwacht worden.
Het doel bepaalt ook de toon: die is onderwijzend. Uitvoerig wordt alles wat met de eucharistie samenhangt, uit de doeken gedaan. Soms kwam de gedachte bij me op: is het allemaal niet wat te uitvoerig? We leven nu eenmaal in een tijd waarin de dingen korter en bondiger geformuleerd moeten worden, willen ze een breder publiek trekken.
Maar goed, het gaat natuurlijk om de inhoud. Ik wil met jou zeggen dat sommige gedeelten me hebben aangesproken. Als mgr. Eijk aan het begin stelt dat Christus de Gastheer is en dat het de bedoeling van het sacrament is om dichter bij Hem te brengen en meer uit Hem te laten leven, dan herken ik me daar helemaal in.
Wat me wel verwonderde, was dat even later gesteld wordt dat wij in de viering onze gaven aanbieden. Ik vroeg me af: hoe verhoudt zich dat ten opzichte van elkaar? Als Christus de Gastheer is, dan biedt Hij toch Zijn gaven aan? Wij zijn dan toch de ontvangers en niet de aanbieders?
Eerlijk gezegd kon ik het helemaal niet meer volgen toen gesteld werd dat in brood en wijn, die wij naar het altaar brengen, de hele schepping door Christus wordt aangenomen en aan de Vader wordt aangeboden. Ik bedoel te zeggen: ik begrijp wel een beetje welke theologie daarachter zit, maar ervaar op zo’n moment een geweldige kloof. Jij hebt het over bruggetjes, die je ziet. Ik zie hier meer die gapende kloof.
Positief vond ik de nadruk op de Heilige Geest, die een beslissende rol speelt. En ook ik waardeer, net als jij Klaas, de Schriftverwijzingen in de hele brief. Al moet ik wel zeggen, dat ik soms mijn vraagtekens heb of die wel helemaal ter zake zijn: bijv. als mgr. Eijk beweert dat de geschiedenis van de vermenigvuldiging van de paar broden en visjes een symbolisering zou zijn van de eucharistie.
Het zal je niet verbazen, dat de passage die over het lichamelijke aanwezig zijn van Christus in de tekenen van brood en wijn gaat, vervreemding bij mij opwekt. En dat geldt ook wanneer het offer-karakter van de eucharistie benadrukt wordt. Eveneens wanneer er een lijn getrokken wordt tussen de apostolische successie en de eucharistie. En zeker ook, wanneer gesteld wordt dat de aanbidding van het sacrament buiten de viering van de eucharistie van bijzondere waarde is. Ook de zinsnede dat in het eucharistisch gebed onze mede-gelovigen aan gene zijde van de dood bij God worden aanbevolen, brengt bij mij een gevoel van afstand teweeg.
Aan de andere kant: het sprak mij bijzonder aan dat mgr.Eijk een goede voorbereiding op de viering van de eucharistie bepleit. En dat hij aandringt op geloofsgesprekken en catechese. En zijn opmerkingen over dankbaarheid en leven uit de eucharistie waarin hij stelt dat het christelijke leven een weg van bekering is, vond ik heel mooi.
Toch, wanneer ik alles overzie, ervaar ik meer die kloof waarover ik het al had dan jouw bruggetjes. Ik besef dat ik daarmee jou – en anderen- wellicht teleurstel. Je zult je misschien afvragen: komen we zo wel verder wanneer we blijven kijken naar verschillen in opvatting? Moeten gedeelde gevoelens niet die verschillen overstijgen? Ik zal je eerlijk zeggen, Klaas, dat het mij moeilijk valt om het beleven los te maken van het belijden. Belijden houdt voor mij in: aansluiten bij dat wat op grond van de Schriften verwoord wordt in de gereformeerde confessie. Voor mij gaat dat belijden voorop en bepaalt het mijn beleven.
Goed, tot zover mijn reactie. We zullen elkaar binnen afzienbare tijd wel weer eens te ontmoeten, hoop ik. Met een hartelijke groet,
Dick.
Ds. Dick van der Zwaag is Christelijk Gereformeerd predikant van de Pniëlkerk te Veenendaal en lid van Deputaten Eenheid.
Eerder verschenen er in deze rubriek bijdragen van:
Rudolf Scheltinga (oud-katholiek) en Klaas van der Kamp (raad van kerken); klik hier.
Athenagoras Peckstadt (orthodox); klik hier.
Spontane reacties van bezoekers van deze site; klik hier.
De oorspronkelijke vastenbrief van Wim Eijk; klik hier.