Tijdreiziger

Voor de Stentor schreef Klaas van der Kamp een bezinnend stukje aansluitend bij Allerzielen en Eeuwigheidszondag.Het stukje kreeg de titel ‘Tijdreiziger’;

Het Europese onderzoeksinstituut CERN in Genève heeft met een wetenschappelijke proef deeltjes sneller laten reizen dan het licht. De atomen gingen terug in de tijd. Daarmee is het in theorie mogelijk om frank en vrij naar verleden of toekomst te hoppen. Zodra er gelegenheid wordt geboden, ben ik van plan om me op de lijst te laten zetten als vrijwilliger om een reisje door de tijd te wagen. Ik heb bij wijze van grap mijn verlanglijstje voor Sinterklaas al aangepast. Daar staan sinds jaar en dag ‘nieuwe sokken’ op en ‘nieuwe tennisballen’. Ik heb er nu aan toegevoegd: ‘Reis met de deeltjesmachine’.

Afhankelijk van de mogelijkheden die de hedendaagse Einsteins ons gunnen zou ik opteren voor een kijkje in mijn jeugd. Ik heb enkele zaken die ik met mijn ouders zou willen overleggen. ‘k Zou mijn schaatsen slijpen, zodat ik alsnog derde zou worden bij een schaatswedstrijd die ik destijds heb gereden. En wellicht zou ik een schuurfeest bezoeken, gewoon om de sfeer op te snuiven.  

Al  dromend vermenigvuldigen de fantasieën zich. Die gevoelens zijn in de maand november sterker dan in andere perioden van het jaar. De tijd beweegt zich van Allerzielen naar Eeuwigheidzondag. Het zijn de kortende dagen van de herfst, waarin de melancholie je kan beetpakken. De dagen waarin je kunt verlangen naar mensen die in je geheugen voortleven. Hoe zou het hen vergaan? Wat zouden zij zien? Je zou hen nog eens onder ogen willen komen.

Van Niftrik schreef ooit een boekje ‘Waar zijn onze doden?’ Hij kwam tot een tiental antwoorden. Ze zijn in het graf, zei hij, op het kerkhof, in de aarde. Dat waren plastische antwoorden. Hij gaf ook antwoorden die getuigen van meer verbeeldingskracht: Ze zijn in de hemel, ze zijn bij Christus, leven in het hart van de werkelijkheid, in het paradijs, voor het aangezicht van God, in de eeuwige vreugde; dat zijn positief stemmende antwoorden. Ik zou er – dankzij het CERN – mijn eigen antwoord aan kunnen  toevoegen: ze leven aan de andere kant van de deeltjesmachine.

Tegelijk vermoed ik dat zo’n reisje zal tegenvallen. Je stapt als mens van middelbare leeftijd in de wereld van een kind. Je bent een vreemde voor jezelf. Je alter ego zou je niet herkennen. Je vrienden uit de jeugd spreken je niet aan als hun maatje. Ontrukt aan de tijd zou je los van de tijd een zombie zijn. En je zou merken dat je nostalgie het verleden mooier heeft gemaakt dan het werkelijk is. Wat heb je er aan? Zo mag je naar mijn idee ook de tijd, de leeftijd en de overgang naar de eeuwigheid  zien als een geschenk van een liefdevolle God, die de tijden omvat en ordent.

Klaas van der Kamp

Foto: Historisch Centrum Overijssel te Zwolle, object tentoongesteld in verband met de thematentoonstellingen rond de Moderne Devotie.

De Raad van Kerken heeft een getuigenkalender gemaakt, waarin overleden trekkers van de oecumene genoemd worden. Hun sterfdag geldt als gedenkdag. Klik hier.