Christenen die dat willen kunnen een groet sturen naar de Hindoe-gemeenschap met het oog op het zogenaamde Holi-feest, dat de Hindoes vieren op 20 maart. De contactgroep Hindoes-Christenen van de Raad van Kerken heeft een dergelijke groet opgesteld.
In Nederland wonen, met name in de Randstad, ongeveer 150.000 hindoes. Inmiddels zijn er heel wat contacten tussen christenen en hindoes ontstaan, zowel op plaatselijk als landelijk niveau.
Voor hindoes is Holi een belangrijk feest. Het is eigenlijk een soort nieuwjaarsfeest waarop gevierd wordt dat de lente de winterkou weer overwonnen heeft. Het feest symboliseert de overwinning van het goede op het kwade, van licht op duisternis, van kennis op onwetendheid, van recht en waarheid op onrecht en onwaarheid. Het feest wordt ingeluid door het in brand steken van een brandstapel. Deze brandstapel symboliseert het kwade en wordt tijdens de vooravond van Holi in brand gestoken. Op de morgen van Holi komen mensen bijeen op de plek van de veraste brandstapel. Na een gebed en het uitspreken van een zegenwens voor geluk en welzijn van de gemeenschap in het nieuwe jaar, brengt men elkaar met as, vol vreugde, een eerste stip, een geluksteken (tilak) op het voorhoofd aan om elkaar vervolgens met as te bestrooien en in te wrijven ten teken dat de kwade macht overwonnen is. Hierna wordt er de hele dag, tot laat in de nacht uitbundig gefeest: gegeten, gedronken en gezongen door jong en oud samen met familieleden, vrienden en kennissen. Het is immers een volksfeest. Men besprenkelt elkaar met parfum en reukwater, bepoedert elkaar flink en begiet elkaar met allerlei vloeistof, die de in bloei staande natuur symboliseren.
De Raad van Kerken in Nederland zendt een officiële groet aan hindoeorganisaties, waarmee hij een relatie heeft. Daarnaast is er de mogelijkheid zelf ook een felicitatie te zenden aan hindoes of hindoeorganisaties. Daartoe kan gebruik gemaakt worden van de aangeboden tekst.
De aangeboden tekst geeft aan de ene kant van de vouw van de kaart een tekst uit de Brihadaranyaka Upanishad 1,3,128, namelijk: ‘Leid mij van het donker naar het licht; / leid mij van de dood naar de onsterfelijkheid’ Op de andere kant staat de volgende tekst: Va