De deelnemers aan de dialoogwandeling in Amsterdam hebben vrijdag 11 februari een verklaring doen uitgaan, waarin ze stelling nemen tegen het verbale geweld en de agressieve houding van enkele jongeren tijdens de tocht. Ze maken daarin bekend dat de Joodse deelnemers een aanklacht hebben ingediend en dat de andere deelnemers in een verklaring zich solidair verklaren met de Joodse deelnemers. De tocht was oorspronkelijk opgezet om duidelijk te maken dat Nederland niet mag wegglijden in intolerantie. De aanklacht en de verklaring worden door de organisatoren als een begrijpelijke stap gezien om duidelijk te maken dat het de vertegenwoordigers van de religies ernst is met hun intenties. De verklaring is zeer opmerkelijk, omdat de religies daarin gezamenlijk naar buiten treden en nadrukkelijk aangeven dat discriminatie van één hunner niet acceptabel is. De exacte tekst van de verklaring volgt hieronder:
We delen mee dat de Joodse deelnemers aan de dialoogwandeling aangifte hebben gedaan bij de politie van het geweld dat is gepleegd tijdens de tocht op 9 februari j.l. in Amsterdam-West. De christelijke en islamitische partners in het zogenaamde Caïro-overleg hebben kennis genomen van de uitingen en betuigen steun aan de aangifte. Als mensen van één religie omwille van hun godsdienst worden gediscrimineerd, raakt dat alle religies.
We hebben als Caïro-overleg op woensdag 9 februari de dialoogwandeling gehouden om het onderling respect uit te drukken en om tot tolerantie op te roepen. Hoge vertegenwoordigers van het jodendom, christendom en de islam hebben op onze uitnodiging samen een wandeling gemaakt langs de Nour-moskee, de Jeruzalemkerk en de synagoge in Amsterdam-West. Naast de positieve reacties uit de omgeving, deed zich tijdens de wandeling een incident voor in de Vespuccistraat, waarbij jonge mensen met name de Joodse deelnemers uitscholden en ongepast tegemoet zijn getreden.
Namens het Nederlands-Israelitisch Kerkgenootschap heeft rabbijn Raphaël Evers en namens het Nederlands Verbond voor Progressief Jodendom heeft bestuurslid Harry Polak aangifte gedaan van de agressieve benadering. De andere deelnemers aan de dialoogwandeling, dat zijn de Raad van Kerken en het Contactorgaan Moslims en Overheid, spreken hun steun uit met de Joodse gemeenschap en steunen hun aangifte. Het is goed dat de Nederlandse staat de mogelijkheid kent om aangifte te doen op het moment dat de vrijheid van godsdienst geschonden wordt. Wij achten het een groot goed dat die vrijheid wordt gehandhaafd en door individuele burgers wordt gerespecteerd. We verwachten van individuele burgers dat ze die inzet respecteren in woorden en daden. We vertrouwen er in dezen op dat de Nederlandse rechtsstaat dat ook op een eigen wijze duidelijk blijft maken.
We zijn verder van mening dat de dialoogwandeling zichtbaar heeft gemaakt dat de inzet voor respect en tolerantie uitermate actueel en belangrijk is. Alle mensen moeten in vrijheid hun godsdienst kunnen uiten en binnen de spelregels van een democratische rechtsstaat zich vrij over straat kunnen begeven.
De initiatiefnemers van de wandeling vinden het belangrijk dat de ervaringen in Amsterdam-West niet alleen een vervolg krijgen bij justitie. In de eigen achterban als ook samenlevingbreed zullen de ontwikkelingen moeten worden gedeeld en gezamenlijke activiteiten moeten worden ontplooid om intolerant gedrag tegen te gaan. Respect en tolerantie kunnen niet slechts met juridische of politieke middelen worden afgedwongen, maar dienen een verankering in de mentaliteit van elke burger te hebben.
Foto: Kursit Bal van het CMO (links) en rabbijn Evers van het NIK (rechts) bij de dialoogwandeling
Rabbijn Soetendorp wordt geïnterviewd tijdens de tocht