‘Niet vogel, maar tak’

Mensen die de broeders uit Algerije kenden, hadden een brok in de keel. Hartstochtelijke interreligieuzen noemden het een goede film. En toevallige passanten typeerden de opnamen als wel wat zwart-wit, maar de boodschap deugt, zeiden ze.

Drie reacties op de film ‘Des Hommes et des Dieux’.  Bureau Intermonde, Benelux Film Distributors en W!J hadden de voorpremière van de film in Utrecht georganiseerd. Men had op zaterdag 13 november de fine fleur van interreligieus geïnteresseerd Nederland bij elkaar gebracht in een van de Utrechtse bioscopen. Eminence grise dr. Jan Slomp was er; en de kersverse hoogleraar interreligieuze dialoog Marcel Poorthuis. En diverse leden van de beraadgroep Interreligieuze Ontmoeting van de Raad van Kerken.

Doel, zo had de organisator Greco Idema aangekondigd was te peilen of de film geschikt zou kunnen zijn als aanjager van de interreligieuze dialoog. Die vraag werd na afloop zeer verschillend beantwoord. Sommige kijkers waren in verwarring omdat ze zochten naar de setting; geen Frankrijk, geen Marokko, maar Algerije dus. Anderen vonden de film juist zeer geschikt vanwege het indringende beeld dat op het doek verschijnt.

Klooster

De film gaat over een kloostergemeenschap van een achttal paters. Hun leven is nauw verweven met het wel en wee in een naburig moslimdorpje. De paters helpen de dorpelingen met het invullen van al te ambtelijke formulieren, de broeder – arts onderzoekt de zieken en de jonge vrouw die de monniken helpt bij de arbeid op het veld praat met een pater over wat verliefdheid is. Al met al een idyllisch tafereeltje.

En dan doemen terroristen op, fanatieke moslims, die met onberedeneerd geweld de omgeving onveilig maken. Er vindt een aanslag plaats in de buurt van het klooster. Het leger wil het klooster bescherming bieden. Maar de prior broeder Christian weigert. De film laat vervolgens de innerlijke tweestrijd zien onder de monniken, of men solidair zal blijven bij de dorpelingen, dan wel de valiezen zal pakken om naar Frankrijk terug te keren. Zullen ze als trekvogels met het  wisselende seizoen wegtrekken? ‘U bent toch niet de vogel?’, vertolkt een moslim de liefde voor de monniken, ‘U bent de tak waarop de vogel zit’.

Diverse tafereeltjes maken duidelijk hoe zeer de broeders zijn geïntegreerd met de moslims ter plaatse. De camera zoomt in op het bureau van de prior, waar een werk van Franciscus van Assisi even zeer gelezen wordt als de koran. Paters bezoeken een besnijdenis van een jongetje uit het dorp en luisteren bij de Arabische teksten die daar worden uitgesproken. Even later zie je de paters weer de getijden vieren in het klooster. Stukken uit de vespers en de lauden geven een soort ondertiteling bij de ervaringen van de monniken. Ze weren zich aan twee kanten tegen het geweld: zowel van de moedjahedien als van het leger.

De kijker voelt het onvermijdelijke einde dichterbij komen. Want daar waar het evangelie onversneden geleefd wordt, is de identificatie met de Heer zo groot, dat het zich laat raden dat het einde eveneens vergelijkbaar is. Zeker als een van de paters in een soort setting van het laatste avondmaal twee flessen wijn uitschenkt als betrof het de laatste ontmoeting in vrede onder elkaar. Dat blijkt dan ook zo te zijn. Terroristen nemen de paters in gijzeling. Langzaam verdwijnen ze in de mist. De aftiteling maakt duidelijk dat de meeste van hen in 1996 zijn vermoord. Het blijft onduidelijk wie de dader is. En misschien doet dat er ook niet toe; de film laat immers het ongerijmde van geweld zien.

Daar tegenover staat het idyllische plaatje van het begin, waarin christenen en moslims vreedzaam elkaars levensvreugde aanvullen.

Na afloop van de film in Utrecht loopt Greco Idema met de microfoon de zaal in. Hij peilt eerste reacties. Iemand met de wit-zwarte monnikenpij stelt zich voor als broeder Christian, een naam ontleend aan de vermoorde prior van het Atlasklooster. Hij houdt een pleidooi voor menslievendheid. Een ander staat op en zegt in verwarring te zijn door de onduidelijke situering. Kees Hulsman, die jarenlang in Egypte werkte, neemt een ander standpunt in. ‘Dit had ook Egypte kunnen zijn’. Als Jan Slomp het pand verlaat, roept hij nog: ‘Sommige mensen beweren dat het niet de moslimstrijders waren, maar dat het leger zelf de paters heeft vermoord’. Dan verdwijnt ook hij in een menigte van winkelend mensen die inmiddels de straten van de Domstad in bezit heeft genomen.

De film ‘Des Hommes et des Dieux’ is vanaf 18 november in diverse filmtheaters te zien. Kerken, moskeeën en andere religieuze en culturele organisaties kunnen de film gebruiken als opstapje voor een gesprek. Via de website www.deshommesetdesdieux.nl is daarover meer informatie te vinden. De film is gemaakt door de regisseur Xavier Beauvois, die eerder onder meer het aidsdrama ‘n’Oblie pas que tu vas mourir’ maakte. De film veroverde een zilveren  palm in Cannes.

Foto’s:
De eerste twee foto’s geven fragmenten uit de film; op de laatste foto staat Greco Idema, organisator van de voorpremiere.