Ds. Ferdinand van Melle heeft afgelopen week afscheid genomen als voorzitter van de projectgroep Vluchtelingen van de Raad van Kerken. Het moderamen zal een nieuwe voorzitter zoeken op het moment dat de taak van de projectgroep voor de komende jaren is geformuleerd.
Ferdinand heeft veel ervaring met vluchtelingen. De laatste tien jaar van zijn betaalde carrière werkte hij voor het ministerie van justitie. Hij kent derhalve de problematiek van binnenuit. Het is nog niet duidelijk of hij als werkgroepslid blijft, maar hij wil in ieder geval meer tijd hebben voor promotieonderzoek.
De projectgroep Vluchtelingen is bezig het beleid voor de komende jaren te formuleren. Gedacht wordt onder meer aan extra aandacht voor migranten in brede zin van het woord. CCME (Churches Commission for Migrants in Europe) heeft 2010 uitgeroepen als jaar van de migranten. Bedoeling is dat er in dat jaar extra aandacht komt voor de migranten in Europa.
Eerder onderzoek van de CCME wees uit dat in alle Europese landen de Roma’s tot de meest gediscrimineerde groep van mensen behoort. Ook in Nederland komen er jaarlijks meer dan 4000 officiële klachten binnen over discriminatie. Het jaar van de migrant wil overigens niet alleen discriminatie tegengaan, maar ook bekendheid van allochtonen bevorderen bij autochtonen. Het aantal migranten in Nederland wordt geschat op 1,6 miljoen, waarvan de helft behoort tot een van de christelijke migrantenkerken.
De projectgroep is ook actief op het terrein van de asielzoekers. De kerken uitten eerder in een overleg met de overheid hun waardering voor het generaal pardon voor asielzoekers. Ze zijn echter bezorgd over de detentiecentra, die steeds nadrukkelijker als een instrument worden gebruikt in het toelatings- en terugkeerbeleid van de regering. Dat blijkt onder meer uit de forse stijging van het aantal detentiecentra in de laatste maanden. De kerken pleiten voor alternatieve vormen van opvang door particuliere organisaties en voor betere faciliteiten in de vorm van een bezoekersregeling en dagopvang. De noodopvang door de kerken kan volgens hen pas stoppen als er voldoende open opvangmogelijkheden zijn.