‘Meer dan gezamenlijk avondmaal’

‘Het is onvruchtbaar om oecumene helemaal te laten vastlopen op eucharistie en avondmaal. Er is nog veel meer dat we kunnen doen’, betoogde bisschop De Korte afgelopen week in Leeuwarden, waarbij hij aantekende pijn te voelen van het niet gezamenlijk kunnen vieren van de maaltijd van de Heer. Het Friesch Dagblad deed er verslag van.

De bisschop van Groningen-Leeuwarden was te gast als spreker op de jaarvergadering van de Friese Raad van Kerken. In het Titus Brandsma Huis ging hij in op het thema ‘Toekomst van de oecumene’ en dan ook toegespitst op (Noord-)Nederland. Sinds zijn aantreden, vorig jaar september, als bisschop van het noordelijke bisdom is bekend dat De Korte de contacten met andere kerken belangrijk vindt. Ook omdat hij altijd al oecumenisch ingesteld is geweest. Hij vertelde dat hij in zijn studietijd bijvoorbeeld op een oecumenische bijbelgroep zat. De Korte promoveerde op de protestantse theoloog Eduard Thurneysen en was zelfs ooit voorzitter van de Raad van Kerken in Overijssel. Tegenwoordig is hij, na hulpbisschop Van Burgsteden, de tweede man in de Nederlandse bisschoppenconferentie wat betreft oecumene. Ook omdat het hem als bruggenbouwer zo na aan het hart ligt.

Hij heeft warme contacten opgebouwd met synodepreses ds. Gerrit de Fijter van de Protestantse Kerk in wie hij een bondgenoot ziet om de analfabetisering en sprakeloosheid rond het christelijk geloof in Nederland aan te pakken. Hij schetste gisteravond eerst hoe de oecumene zich heeft ontwikkeld. Hoe katholieken eeuwenlang een tweederangspositie hadden. Maar ook hoe het aloude Hollandse poldermodel de verschillende geloofsgroepen toch geen windeieren heeft gelegd. Het voorkwam dat het leidde tot extreme standpunten. De verzuiling zorgde er wel voor dat men op eigen erf bleef spelen. Volgens De Korte is er ontzettend veel bereikt in de laatste halve eeuw oecumene, maar toch constateert hij wel een ‘zekere moeheid’. Door het succes geloven mensen het wel even met de oecumene. ‘De krimp van de kerken leidt ertoe dat groepen zich terugtrekken op het eigen stekje. Bezig zijn met hun eigen toko’. Een andere oorzaak van de oecumene-crisis is volgens De Korte het lage kerkbesef bij veel (jonge) gelovigen. ‘Ze zeggen: ik heb wel iets met Jezus maar niet met de Kerk. Oecumene kan alleen maar leven als er een sterk kerkbesef is’.

Avondmaal

Onvermijdelijk kwam ook het nog niet gezamenlijk vieren van het avondmaal en eucharistie naar voren. Dat is voor veel gelovigen hét teken dat het nooit wat wordt met de oecumene. ‘De overeenkomsten zijn groter dan de verschillen maar er is nog geen volledige communio’. Dat komt volgens De Korte omdat de Rooms-Katholieke Kerk een grens trekt. ‘Er is een nauwe band tussen Eucharistische en kerkelijke communio’. Naar de katholieke kerkvisie zijn de kerken van de Reformatie kerkelijke gemeenschappen en niet volledig kerk. ‘Ik ben bang dat het nog een hele lange weg wordt. Er zijn nog hele grote verschillen’. Dat concentreert zich dan op de visie op de Kerk, ambten en sacramenten. De feitelijke beleving van eucharistie is ook wezenlijk anders. Katholieken geloven in de blijvende werkelijke tegenwoordigheid van Christus in het sacrament. ‘Geen rechtgeaarde calvinist zal dat zo beleven’. Hij noemde hoe bij een protestantse avondmaalsviering ‘het overgebleven brood naar de eendjes gaat en de wijn naar de jeugdvereniging’. Iets wat voor katholieken ondenkbaar is.

Missionair

De eenheid zoeken tussen kerken is volgens De Korte echter te kostbaar om te laten vastlopen enkel en alleen op het verschil in denken over eucharistie en avondmaal. Kerken zouden met elkaar kunnen optrekken als het gaat om geloofscommunicatie en catechese. ‘We praten zoveel over missionair zijn, maar we zijn het zo weinig’. De Korte kreeg veel vragen over het punt van eucharistie en avondmaal. Hij was er echter ook eerlijk in en liet een pastorale toon horen. Zo vroeg ds. Lieuwe Bergstra van Franeker de bisschop wat hij ervan vond dat Bergstra ooit wel had meegedaan aan de eucharistie nadat hij de nodiging had gekregen dat ‘allen die gedoopt waren’ naar voren mochten komen. ‘Het is eigenlijk iets wat niet zou kunnen’, aldus De Korte.

In Oost-Groningen wordt op dit moment een gegroeid samengaan aan het avondmaal ook teruggedraaid waarbij wel de uitleg wordt gegeven waarom, hoewel dat wel pijnlijk is voor betrokkenen, erkende De Korte. Een ander, die in hart en nieren katholiek is, vertelde over de intense pijn die hij voelt als hij met zijn protestantse broeder of zuster juist dát niet kan beleven in een viering, terwijl hij alle theologische redenen wel snapt. ‘Dat pijnlijke ervaar ik zelf ook’, aldus De Korte. ‘Eigenlijk zou het heel mooi zijn als we het gezamenlijk zouden kunnen vieren, maar het zou een kerkelijke verbondenheid simuleren die er nog niet is’. Predikante Toos Reichman, voorzitter van de Raad van Kerken in Fryslan, vroeg de bisschop of hij ook bij haar aan het avondmaal zou komen. ‘Dat zou ik niet doen. Ook weer vanwege het feit dat er een band is tussen de kerkelijke communio en de eucharistie’. Wat nu als een protestant toch ter communie gaat en de priester wel weet dat hij een protestant voor zich heeft staan? Breng je de priester dan niet in gewetensnood? ‘Als u de kerkorde kent, zou u niet gaan. Maar ik zeg: maak er op het moment zelf geen incident van. Maar spreek iemand er na afloop op aan en ga, als dat mogelijk is, het theologisch gesprek aan’. Zo vertelde De Korte van voormalig aartsbisschop Simonis die ooit enkele predikanten ter communie kreeg. Achteraf sprak hij hen erop aan dat het niet kon en dat ze de aartsbisschop ook in verlegenheid hadden gebracht. ‘Het waren theologen, zij konden dat weten’.

Taizé

Het onderscheid tussen de gelovigen en de theologische verschillen, veel jongeren hebben er niets mee, zo klonk het. Zij komen samen met duizenden in Taizé. Wekelijks. ‘Toppunten van oecumene’, aldus pastor Nellie Sluis. Daar vinden diaconaat, geloofsgesprek en liturgie plaats. Uiteindelijk is het iets laten zien van het Godsgeheim ook de eerste opdracht voor de kerk van nu, meende De Korte. ‘Wijzen op de God van Israël die zich op het hoogtepunt heeft laten zien in Jezus Christus. Dáár moeten we tijd in steken. Anders worden we ontrouw aan waar het om gaat’.

Foto: mgr. Gerard de Korte