Christenen in Zimbabwe vragen om voorbede voor hun land op zondag 22 juni. Dat heeft de Wereldraad van Kerken laten weten. De daarop volgende vrijdag 27 juni wordt de tweede ronde gehouden van de presidentsverkiezingen.
Dr. Samuel Kobia schrijft in een brief aan de lidkerken over de situatie in Zimbabwe: ‘Het belang van de verkiezingen, de eerlijkheid, het resultaat en de gevolgen kunnen moeilijk overschat worden. Het is de vraag de komende weken of de bevolking van Zimbabwe en de wereld middelen weten te vinden om het geweld te boven te komen en de democratie vermogen te dienen; de resultaten zullen de toekomst van het volk en de regio bepalen’.
Eind april dit jaar heeft het moderamen van de Raad van Kerken in Nederland christenen en kerken gevraagd aandacht te besteden aan de situatie in Zimbabwe en te bidden voor een verbetering van de situatie. Deze oproep ging gepaard met een ondersteunende brief die namens de Raad vanuit Nederland is verstuurd naar de Zimbabwaanse Raad van Kerken.
De Raad van Kerken in Zimbabwe (ZCC), de Rooms-Katholieke Bisschoppenconferentie (ZCBC) en de Evangelische Gemeenschap van Zimbabwe (EFZ) hebben eerder een gezamenlijke verklaring doen uitgaan waarin ze waarschuwen voor een mogelijke volkerenmoord in Zimbabwe. “Wij waarschuwen de wereld dat wij spoedig getuige zullen zijn van een genocide als die in Kenia, Rwanda en Burundi, als er niets wordt gedaan om de mensen van Zimbabwe uit hun gevaarlijke situatie te verlossen”, schreven de drie kerkelijke organisaties. President Mugabe en zijn partij ZANU-PF lijken de absolute macht aan zich te willen houden. Mensenrechtenorganisaties als Amnesty International en Human Rights Watch melden dat de talloze fundamentele rechten met voeten worden getreden.
De Raad van Kerken in Zimbabwe betuigde in 2003 en 2006 openlijk schuld voor het onvoldoende steun verlenen aan de bevolking in de politieke en economische crisis.
De Raad van Kerken in Nederland heeft in april geschreven naar de Raad van Kerken in Zimbabwe vanuit het beginsel: ‘waar één lid lijdt, lijden alle leden’. In de brief wordt solidariteit betuigd met de zusterorganisatie en men spreekt waardering uit voor de duidelijke stellingname van de Raad in Zimbabwe.