Het zal misschien de vermoeidheid geweest zijn, maar op de laatste dagen van de Assemblee zaten de tranen hoog bij mij. We startten de dag, na een korte gebedsbijeenkomst, met de laatste besluitvorming.
Gedurende de hele Assemblee was het spannend: kunnen we gezamenlijk iets zeggen over de oorlog in Oekraïne? Hoe doen we recht aan het al het onrecht dat Palestijnen op dit moment en in toenemende mate in de staat Israël ervaren en hoe verliezen we tegelijkertijd niet uit het oog waarom de staat Israël voor het joodse volk zo belangrijk is en hoe bedreigd zij zich ook vaak voelen? Hoe plaatsen we klimaatverandering hoog op de agenda van de Wereldraad van Kerken?
Te midden van al die grote vragen lukte het om met consensus te besluiten. De boodschap die vanuit de Assemblee de wereld in zou gaan, werd vastgesteld. ‘Kom, volg mij’, klinkt het aan het begin van de ‘message’. Jezus die oproept tot een discipelschap dat in de wereld voor verandering zorgt. En iets van de gezamenlijke tocht tijdens de Assemblee wordt beschreven: ‘Samen in Duitsland horen we wat oorlog aanricht, en over de mogelijkheid van herstel. Luisterend naar het Woord van God, herkennen we onze gezamenlijke roeping. Luisterend en pratend met elkaar, worden we elkaars naasten. Treurend over wat er in de wereld aan pijn is, horen we elkaars pijn en lijden. Samen werkend, zijn we het eens dat er gezamenlijke actie nodig is. Al vierend, verheugen we ons over elkaar vreugde en hoop. Samen biddend, ontdekken we de rijkdom van onze tradities en de pijn om de scheidslijnen.’
Dienend leiderschap
Een prachtige Assemblee – waarin gezongen, gedanst, gebeden, gehuild, geschreeuwd en omarmd is – komt tot een besluit. Dat betekent dat er ook afscheid genomen moet worden. De interim secretaris-generaal, de vice-voorzitters, de voorzitter: ze worden stuk voor stuk bedankt. En bij mij stromen de tranen over mijn wangen als ik nog één keer dr. Agnes Abuom in haar onnavolgbare eigen stijl vooraan in de zaal zie, terwijl de hele zaal staat en klapt. Wat was ik acht jaar geleden blij dat deze Keniase vrouw, klein van stuk, maar levend met een groots visioen en met oog voor iedereen, gekozen werd! Nu stond ze daar weer, in alle fragiliteit, na het prachtige leiderschap dat we van haar gezien hebben. Toen ze met dankwoorden toegesproken werd, ging ze op haar knieën. En dus moest ook de secretaris-generaal, om haar te omhelzen, echt door de knieën. Wat een heldhaftige manier, dacht ik, om de kracht van dienend leiderschap te tonen.
Daarna de slotviering. Nog één keer met een paar duizend mensen onder het reusachtige tentafdak op het plein in Karlsruhe. De vieringen waren alle andere dagen de start geweest. Elke dag opnieuw een mix van kerkelijke traditie. Vrolijke spaanstalige liederen naast diepernstig Armeens. De voor onze oren bijzondere Aziatische klanken, naast swingend Swahili. Alle teksten wel vertaald. En in de mix van gebeden komt iedere dag het thema van de Assemblee terug: de liefde van Christus beweegt de wereld tot verzoening en eenheid. Juist binnen het kader van die belijdenis kan de schuldbelijdenis klinken over onze hebzucht, onze jaloezie, onze onverschilligheid.
Ik zie je
Tijdens de slotviering spreekt een man uit de Pacific. Hij neemt ons mee in de wijze van begroeten van de inheemse bevolking waar hij deel van uitmaakt. Voor hem sluit die wijze van begroeten naadloos aan bij de liefde van Christus zoals hij die heeft leren verstaan. Het begroetingsteken zelf gebruiken we niet, ook vanwege alle corona-risico’s. Hij vertelt het ons: voorhoofd tegen voorhoofd, neus tegen neus: zo weet je dat je samen van dezelfde levensadem leeft. Daarna kijk je elkaar aan en zeg je tegen elkaar: ‘ik zie jou’. De voorganger legt het ons uit: ‘ik zie je hélemaal, met je kracht en je strubbelingen, met je gaven en je gebreken’. En hij nodigt ons uit om onze buren te begroeten, met die simpele woorden: ‘ik zie je’. Het dóet iets, merk ik. In het contact met diegene die naast me staat en die ik voor het allereerst zie. En later, in het contact met diegene met wie ik ook wel eens een verschil van inzicht heb gehad. ‘Ik zie je’, zoals we van God belijden dat hij ons werkelijk aanziet. De liefde van Christus beweegt ons tot verzoening en eenheid.
Vertrouwen in de liefde van Christus
De Assemblee roept kerken en alle mensen van goede wil op tot een pelgrimstocht van gerechtigheid, verzoening en eenheid. Vanuit het vertrouwen dat het gaan in de voetstappen van Jezus, van het samen delen van het goede èn van de pijn, onrecht verandert. De dagen in Karlsruhe waren weer een prachtig stukje van die weg. We waren met veel Nederlanders. Om me heen heb ik gehoord en gezien hoe ook anderen echt geraakt zijn onderweg. Ik kijk ernaar uit om in de komende jaren ook in Nederland de pelgrimstocht voort te zetten, met mooie inclusieve vieringen, met verhalen van vreugde en verdriet, met vertrouwen in de liefde van Christus. Een tocht van gerechtigheid, vrede en verzoening. Onze samenleving kan die tocht maar wát goed gebruiken.
Karin van den Broeke
Programmaleider Kerk in Actie
Lid executive committee Wereldraad van Kerken
Foto: Paul Jeffrey/WCC