Op 8 november jl. vierde Geert van Dartel in de Grote Kerk van de protestantse gemeente in Den Bosch zijn 25-jarig dienstjubileum bij de Katholieke Vereniging voor Oecumene. Het was een drukbezochte, feestelijke bijeenkomst die begon met een oecumenische dankdienst waarin mgr. dr. J. van den Hende voorging.
’s Middags sprak Geert van Dartel een lezing uit onder de titel ‘Onze gezamenlijke roeping’. Daarin refereerde hij aan een toespraak die dr. Teije Brattinga, een van de vorige voorzitters van de KVO 25 jaar geleden hield, onder de titel ‘Kan het een toon lager? Over oecumene, kerk en samenleving.’ Inmiddels is de maatschappij dusdanig veranderd dat Van Dartel pleit voor een toon hoger, om de stem van de Kerk niet ten onder te laten gaan in het rumoer van de samenleving. In een persoonlijk relaas vertelde hij over de mensen die hem in zijn oecumenische weg door de tijd inspireerden, zoals de leken-theologe Hebe Kohlbrugge en de Vlaamse Jezuïet dr. Jos Vercruysse. Ook vertelde hij over enkele ‘grondervaringen’ in de afgelopen 25 jaar met betrekking tot de oecumene. Hij besloot zijn betoog met de woorden: ‘Het oecumenisch werk mag weerbarstig zijn, moeizaam vooruitgang boeken en her en der stroef verlopen, maar er is op alle niveaus (wereldwijd, landelijk en plaatselijk) een grote inzet en betrokkenheid. De kerkfamilies: orthodox, katholiek, protestant en evangelical zijn blijvend op elkaar aangewezen en met elkaar verbonden in dezelfde missie voor het Evangelie van Jezus Christus.’
Drie co-referenten, Rick de Vries, Fokke Wouda en ds. Christien Crouwel, spraken vervolgens over hun roeping en passie.
Rick de Vries liep in 2016 en 2017 stage bij de KVO en onderzocht in dat kader de pauselijke Encycliek Laudato Si’ om die te vergelijken met sociaal-wetenschappelijke inzichten. Inmiddels evalueert hij als wetenschapper diverse vormen van milieubeleid. In zijn gepassioneerde toespraak verwees hij naar de ecologische crisis waarin onze aarde verkeert.
Fokke Wouda, promovendus oecumenische theologie aan de Universiteit van Tilburg, sprak de hoop uit dat er in de oecumene meer ruimte komt voor kwetsbaarheid en vertrouwen en wees daarbij op de strategie van de zogenaamde ‘ontvankelijke oecumene’, die erop gericht is de ander te erkennen, hoog te achten en te vertrouwen.
Christien Crouwel tenslotte, algemeen secretaris van de Raad van Kerken, hield een pleidooi voor een oecumene die niet alleen maar een spirituele oecumene is, een oecumene van het hart, maar ook van hand en hoofd. Die oecumene laat zich inspireren door hoop als grondhouding.
Ter afwisseling van de toespraken speelden ds. Sjaak van ’t Kruis en Mijnke van der Drift o.a. Nun komm der Heiden Heiland van Bach en het Ave Maria van Gounod. Aan het einde van de dag werd de jubilaris toegesproken door oud-voorzitter dr. Ton van Eijk, de huidige voorzitter prof. dr. Marcel Sarot en de voorzitter van de Bisschoppenconferentie mgr. dr. J. van den Hende. Mgr. Van den Hende en prof. Sarot reikten namens de Bisschoppenconferentie en de Katholieke Vereniging voor Oecumene aan Geert van Dartel de Sylvesterorde uit.