Geest werkt in oecumene

‘Als het over de Geest van God gaat, zie je mensen opleven. Je hoort het in de liederen die het pinksterfeest begeleiden. Die muziek getuigt eigenlijk altijd van enthousiasme en bevlogenheid’. Dat schrijft dr. Jan Peter Schouten, voorzitter van de beraadgroep Interreligieuze Ontmoeting in de bundel ‘De Geest waait’.

De bundel is geschreven met het oog op het vijftig jarig jubileum van de Raad, dat op 21 mei wordt gevierd. Precies vijftig dagen voor de viering is de bundel inmiddels bij de abonnees van het Oecumenisch bulletin op de deurmat gevallen. Het boek van 80 bladzijden bestaat uit pinksterliederen. Vertegenwoordigers van de kerken in de Raad aangevuld met enkele andere kerken hebben een pinksterlied uitgekozen uit de eigen traditie waarmee ze de wens voor de oecumene in de komende jaren onderbouwen. De voorzitters van de beraadgroepen hebben er een reflectie bij geschreven.

Jan Peter Schouten stelt de vraag aan de orde in hoeverre de Geest zich beperkt tot de volgelingen van Jezus. ‘Juist als het over de Geest gaat, komt meer dan eigen traditie in het zicht. Dan komen als vanzelf alle mensen op aarde in ons blikveld. De christelijke kerk heeft niet het monopolie op de Geest. De Geest laat zich niet vastleggen maar gaat altijd weer nieuwe en onverwachte wegen’.

Schouten zegt dat gesprekken werkelijk fascinerend worden als ze gaan over de diepste drijfveren van wie elkaar ontmoeten. Als het gaat om een interreligieuze dialoog gaat het om een eerlijke verantwoording waar elk van de gespreksdeelnemers in gelooft.

Prof. dr. Herwi Rikhof, voorzitter van de beraadgroep Geloven en Kerkelijke Gemeenschap, ziet in de pinksterliederen hernieuwde aandacht voor het werk van de Heilige Geest. Er is bij verschillende kerken sprake van een charismatische vernieuwing. Rikhof herkent tegelijk een renaissance van de triniteitstheologie. Inhakend op de keus van verschillende scribenten om een pinksterlied te nemen waarin een bede wordt vertolkt schrijft Rikhof: ‘Die gebeden verwoorden het eigene van de Geest. Terwijl het eigene van de Zoon in de heilsgeschiedenis de menswording is, is het eigene van de Geest in die geschiedenis de inwoning. Omdat die inwoning niet automatisch is, moet om de komst van de Geest gebeden worden. Die inwoning is een werkzame: de Geest is de Helper bij uitstek’.

Prof. dr. Fred van Iersel, voorzitter van de beraadgroep Samenlevingsvragen, wijst op de verschillende gaven die de Geest aanreikt. Eén gave is die van de vrede. Fred van Iersel: ‘Het is niet voor niets dat vrede door Paulus in het vijfde hoofdstuk van zijn brief aan de Galaten als vrucht van de Geest wordt gekarakteriseerd: vrede heerst immers daar waar mensen elkaar recht doen in hun schepsel-zijn, en waar mensen in gemeenschap met elkaar leven, waar mensen zich aan elkaar geven. Vrede veronderstelt gemeenschap. Tenminste: vrede veronderstelt gemeenschap, als we het over de vrede van Christus hebben, en niet over de repressieve pax Romana alleen. De vrede van Christus is de vrede van het soevereine slachtoffer Christus dat weigert zich te wreken voor verraad, verloochening en voor uitstoting als zondebok’.

De bundel geeft een doorkijkje in de liederenschat van de verschillende kerken. Vaak leidt de keuze tot herkenning. Zo koos ds. Jannie Nijwening van de doopsgezinden voor het lied ‘Wat zijn de goede vruchten’. ‘Dat past bij onze traditie’, schrijft ze, want bij de doopsgezinden ‘geen eindeloze verhandelingen over de natuur van God en over ‘drie maar toch één’ maar: daden gaan woorden te boven’.

Ds. Johannes Welschen heeft vanuit de Evangelische Broedergemeente een lied gekozen van Nikolaus Ludwig van Zinzendorf, ‘O Levensstroom, vloei machtig door ’t land’. En Jethro Zevenbergen van de Quakers koos een lied van Kees Boeke, de man bekend omdat hij weigerde de defensiebelasting te betalen. Het lied ‘Ik voel de winden Gods vandaag’ heeft overigens een zekere romantiek in zich: ‘En, wijze Loods, als ik het waag / en weer de zeilen hijs, / nu ‘k voel de winden Gods vandaag / leid Gij mij op mijn reis’.

Leny Louwerse – Lode van de Geformeerde Kerken vrijgemaakt nam een lied van kerkgenote Ria Borkent ‘Maak muziek voor God de Vader’. ‘Dit lied heeft een vrolijke opgewekte melodie’, legt ze uit, ‘het zingt heerlijk. Ik word er blij van als we dit lied in de kerk zingen’. Majoor Jeanne van Hal van het Leger des Heils koos een lied uit de bundel van het Leger ‘Geest des Heren, woon in mij, / dat ik vol genade zij’. Mgr. Joris Vercammen van de Oud-Katholieke Kerk nam het lied ‘Geest der waarheid, moge uw licht / waarvoor zonde en dwaling zwicht, / onze geest bestralen’. Het is geschreven door Andreas Rinkel, de aartsbisschop van Utrecht in de tijd dat het oud-katholiek seminarium werd gebouwd. Mensen die het bureau van de Raad van Kerken bezoeken lopen zonder het te weten onder zijn wapenschild door, wat in de hal van het kantoor in Amersfoort is opgehangen.

Prof. dr. Peter Nissen van de Remonstrantse Broederschap stuurde één van de kortste liederen in. Hij schreef: ‘Oecumene vraagt om zachtheid, om flexibiliteit, om beweeglijkheid. Als we allemaal de hakken in het zand zetten, komen wij niet dichter bij elkaar. Maar als wij bereid zijn om onbevangen naar elkaar te kijken, met de ogen van een kind, dan kunnen we naar elkaar toe bewegen’. Daarbij hoort het lied: ‘Wek mijn zachtheid weer. / Geef mij terug de ogen van een kind. / Dat ik zie wat is. / En mij toevertrouw. / En het licht niet haat’. Een tekst van Huub Oosterhuis.

Een van de liederen die nog niet eerder is gepubliceerd is het ‘De Geest is mijn levenskracht’, dat ds. Beatrice Jongkind aanleverde voor 2of3bijEEN. Ds. Jasja Nottelman licht het toe: ‘De tekst is troostrijk en laat een vrouwelijk godsbeeld zien. De Mariale, moederlijke kant van de Eeuwige wordt bezongen vanuit een diep-menselijk verlangen naar een geestrijk bestaan’.

In een overweging voorafgaand aan de bundel wordt vastgesteld dat het aantal liederen de laatste jaren nog weer is gegroeid. Willem van der Zee, de tweede secretaris van de Raad van Kerken, heeft in 1994 nog een lijst gepubliceerd met 150 liederen waarvan hij meende dat ze in de verschillende kerken konden worden gezongen. De lijst kreeg de naam ‘Eenstemmig’. De gedachte toen nog was dat het op termijn tot een gezamenlijke oecumenische bundel kon komen die in alle kerken gebruikt zou kunnen worden. De ontwikkelingen gingen echter een meervoudige kant op. Er zijn weliswaar oecumenische bundels verschenen van meer dan één kerk. Tegelijk zie je dat de kerken ook eigen repertoire naar buiten hebben gebracht. Het maakt de veelkleurigheid er alleen maar groter van.

Daarbij past een motto, zoals het voor in de bundel is overgenomen van Ria Borkent:

Heer, zolang wij ademhalen
zingen wij U tegemoet
tot het klinkt in alle talen
in een niet te tellen stoet

Zij die de viering van het 50-jarig jubileum van de Raad van Kerken willen bijwonen op tweede pinksterdag, 21 mei, vanaf 15.00 uur zijn hartelijk welkom in de Joriskerk, Hof 1 te Amersfoort. Je moet je wel even opgeven via rvk@raadvankerken.nl. En natuurlijk mag je partner, vriend of vriendin ook aanmelden. Het is een feest bedoeld voor iedereen. Er wordt nagedacht over de doorwerking van de Geest, de verwachting van de oecumene voor de komende jaren en natuurlijk wordt er ook veel gezongen. 

Foto’s:
1. Jan Peter Schouten 
2. Leny Louwerse-Lode 
3. Herwi Rikhof
4. Fred van Iersel 
5. Jannie Nijwening
6. Ria Borkent

(foto’s van publieke deel internet)