Al een halve eeuw zorgen migratiestromingen voor een toename van de diversiteit binnen de samenleving en het christendom in Nederland. Actuele schattingen gaan er van uit dat onder hen meer dan 1 miljoen christenen aanwezig zijn. Het Nijmeegs Instituut voor Missiewetenschappen heeft een bestaande database met de gegevens voor het rooms-katholieke deel onder hen geactualiseerd en zal de resultaten presenteren tijdens een symposium op 6 oktober. Het Nijmeegs Instituut spreekt inmiddels over ca. 1.3 miljoenen westerse en niet-westerse migrantenchristenen in Nederland.
De vernieuwde database bevat de geactualiseerde gegevens van circa 45 kerkgemeenschappen zoals gepubliceerd in het boek ‘Een gebedshuis voor alle volken’. Wetenschappers, journalisten, beleidsmakers en andere belangstellenden kunnen deze database raadplegen via de NIM-pagina’s op de website van de Radboud Universiteit.
Jorge Casillo Guerra, Frans Wijsen en Moniek Steggerda brachten in 2006 een eerste versie uit van ‘Een gebedshuis voor alle volken’. Dit boek geeft de geschiedenis en de op dat moment actuele situatie van de toen circa vijftig grootste rooms-katholieke allochtonengemeenschappen in Nederland. De gemeenschappen zijn geordend in vier regio’s: Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Rest van Nederland. Elk hoofdstuk beslaat een regio. Deze vier hoofdstukken worden voorafgegaan door een inleidend hoofdstuk, waarmee de auteurs ingaan op de plaats van rooms-katholieke allochtone gemeenschappen in de veranderde Nederlandse kerk en samenleving. In het slothoofdstuk gaan zij in op de pastorale uitdagingen en opleidingsmogelijkheden voor allochtone pastores.
In de hele twintigste eeuw had Nederland al allochtone bewoners, maar in de laatste decennia daarvan is het hun aantal sterk toegenomen. Ongeveer de helft daarvan is rooms-katholiek. Het officiële beleid gaat er van uit dat de migranten zich aansluiten bij bestaande parochies. Er zijn daarbij grote concentraties van migranten in bepaalde regio’s. Voor deze rooms-katholieken worden diensten georganiseerd in hun eigen taal. Zo zijn er groepen ontstaan van Engelssprekenden en Spaanssprekenden. Uiteraard spreken ook groepen uit de voormalige koloniën en uit de Antillen nog hun eigen taal. Zo zijn er nu talloze allochtonenparochies, die onder toezicht staan van de bisdommen.
Om inzicht te verschaffen in die allochtonenparochies in Nederland, is in 2006 het genoemde boek geschreven. De auteurs, alle drie wetenschappers, hebben aan de hand van vragenlijsten een inventarisatie gemaakt. Het resulteerde in een overzicht, geordend per regio, waarin de stand van zaken wordt gegeven, de omvang, de toekomstverwachtingen etc. Het bleek een gids te zijn, met achterin tabellen met getallen en een lijst van de parochies met adressen en telefoonnummers. Andere inventarisaties, bijvoorbeeld van SKIN-Rotterdam in de Rijnmond maakten duidelijk hoeveel migrantengemeenten met een protestantse (c.q. pinkster-) achtergrond er zijn; en ook hoe veel wisselingen er plaatsvinden van feitelijke gegevens.
De nieuwe geactualiseerde uitgave wordt gepresenteerd bij een symposium, getiteld ‘God blijft in Nederland’ en de ondertitel ‘Rooms-katholieke migranten in kerk en samenleving’ bij het Nijmeegs Instituut voor Missiewetenschappen op 6 oktober van 13.30 uur tot 17.00 uur. Daarop voeren drie inleiders het woord: dr. Erik Sengers, godsdienstsocioloog aan de Fontys Hogeschool van Godsdienst en Levensbeschouwing; ir. Anmar Hayali, coördinator van Skin (een koepelorganisaties waar een deel van de protestantse kerken bij is ondergebracht), en dr. Jorge E. Casillo Guerra, onderzoeker van het NIM en docent aan de Rijksuniversiteit Nijmegen. Plaats: Radboud Universiteit, aula, senaatszaal, Comeniuslaan 2 in Nijmegen. Deelname is gratis, maar men moet zich wel vooraf opgeven nim@nim.ru.nl
Foto: Omslag van de huidige versie van ‘Een gebedshuis voor alle volken’