‘Hoop staat centraal in onze boodschap. Ik vind het daarom ook heel belangrijk dat wij als christenen in het Midden-Oosten aanwezig blijven’. Aartsbisschop Polycarpus Augin Aydin, het gezicht van de Syrisch-Orthodoxe Kerk in Nederland, legt in een interview met Volzin precies uit waar de gevoeligheden en verwachtingen liggen van de christelijke gemeenschap waaraan hij leiding geeft in Nederland.
Polycarpus legt uit waarom het zo belangrijk is dat er een kerk in Syrië kan blijven. ‘Het is de plek waar het christendom vandaan komt, onze bakermat. Maar ook voor de wederopbouw zullen wij belangrijk zijn. Van oudsher fungeren de christenen als bruggenbouwers in het Midden-Oosten. Bruggenbouwers tussen Oost en West, tussen de verschillende religies en culturen. Wij zijn als bijen die de honing maken die velen voedt, zelfs al sterven we daar zelf bij’.
Anton de Wit geeft een sfeerimpressie van het klooster in Glane, waar Polycarpus resideert. ‘In zijn werkkamer wordt Mor Polycarpus Augin Aydin van alle kanten aangestaard door vele generaties Syrisch-orthodoxe patriarchen. Tussen alle schilderijen van geestelijken in hun kleurrijke liturgische gewaden, springt één staatsieportret er tussenuit: namelijk dat van koning Willem-Alexander en koningin Máxima. Wat doen de Nederlandse vorst en vorstin tussen alle Syrisch-orthodoxe religieuze leiders? ‘We leven hier in Nederland’, zegt Mor Polycarpus, ‘en wij Syrisch-orthodoxen hebben de gewoonte om behalve onze religieuze leiders ook de leiders van het land waar wij wonen, zoals in dit geval het staatshoofd, te eerbiedigen. Wij bidden ook altijd voor hen’. (….)
‘Tegelijkertijd – het staatsieportret van koning en koningin mag letterlijk en figuurlijk een teken aan de wand heten – is de houding ten aanzien van Nederland een positieve. ‘Natuurlijk, er zijn cultuurverschillen, en binnen onze gemeenschap is ook wrijving tussen oudere en jongere generaties, zoals bij veel migranten. Maar de meeste Syrisch-orthodoxen in Nederland zijn toch goed geïntegreerd. Voor een belangrijk deel is dat ook te danken aan de gastgezinnen die zich over hen ontfermden toen ze hier in de jaren zeventig en tachtig arriveerden. Dankzij hen leerden ze de taal, voelden zich gezien en gesteund en leerden ze zelfstandig hun weg vinden in de Nederlandse samenleving. Maar wel met behoud van hun eigen cultuur en religie. Dat is wat velen ook zo waarderen aan Nederland, want dat is een vrijheid die zij in het Midden-Oosten niet kenden’.
‘Voor hemzelf gaat dat laatste in elk geval op. Mor Polycarpus Augin Aydin wijst op het traditionele bisschoppelijke gewaad dat hij altijd draagt. ‘Mijn kleding komt uit het Midden-Oosten, mijn denkwijze is Midden-Oosters. Ik spreek de Nederlandse taal verre van vloeiend, en hier in het klooster leef ik tamelijk afgezonderd van de Nederlandse samenleving. Toch voel ik mezelf een Nederlandse burger. Het opmerkelijke is: ik ben geboren en getogen in Turkije, maar ik heb mezelf nooit als een Turkse burger gezien. En waarom niet? Omdat ik daar amper de kans had om mijn eigen godsdienst en cultuur in vrijheid te beleven’.
Mor Polycarpus signaleert veel onrust en angst in de eigen gelederen, vertelt Volzin. ‘De meeste van de huidige vluchtelingen uit het Midden-Oosten zijn moslim, en dat maakt veel mensen bang. Je moet die reactie niet te snel veroordelen, maar begrijpen waar die vandaan komt: veel van hen zijn zelf ooit op de vlucht geslagen voor moslims. Ze zijn als de dood dat het conflict hen achterna reist’.
‘Natuurlijk is die angst een slechte raadgever. Er zijn gelukkig ook anderen – en ik hoor daar zelf ook bij – die zeggen: die mensen zijn ook gewoon op de vlucht voor een vreselijke oorlog, die uiteindelijk helemaal niet om religie draait, maar om economische en politiek-strategische belangen in die regio. Dus we moeten niet in elke vluchteling een potentiële terrorist zien, maar die mensen liefdevol opvangen, zoals wij zelf ook ooit opgevangen werden in de Nederlandse samenleving. Maar traumatische ervaringen kun je niet zomaar uitwissen, die zitten diep verankerd’.
‘De aartsbisschop kan wat dat betreft uit eigen ervaring spreken. ‘Ik heb in Turkije meegemaakt dat ik op straat zonder aanleiding in mijn gezicht werd geslagen door een Turkse politieagent. We leerden de politie en het leger wantrouwen. We wisten: die zijn er niet voor onze veiligheid. Toen ik in het Westen kwam, wist ik heus wel dat ik niet bang hoefde te zijn wanneer ik een politieman op straat tegenkwam. Toch heeft het me jaren gekost voor ik over dat wantrouwen heen was. Moet je nagaan hoe moeilijk het is om echte oorlogstrauma’s te boven te komen. Dat duurt generaties’.
Volzin wordt uitgegeven door BDUmedia. Een abonnement is te verkrijgen via: administratie@volzin.nu. Een enkel exemplaar kost € 7.