In hoeverre moet je de interreligieuze ontmoeting rekenen tot de onderdelen van de oecumene? Of moet je het woord oecumene reserveren voor het contact van diverse christelijke kerken? Dat was één van de vragen waar het kader mee kwam van het Leger des Heils, tijdens het internationale Catharina Programma, dinsdag 20 augustus in Lunteren.
Het Leger des Heils had het thema oecumene als onderdeel van het curriculum opgenomen. De algemeen secretaris verzorgde daarover een inleiding voor de circa 50 eerstejaars cursisten. Daarnaast is er nog een groep die voor het tweede achtereenvolgende jaar de bossen bij Lunteren bezoekt. Je merkt, aldus één van de organisatoren, dat het aantal officieren groeit en het aantal officials meer spiritueel betrokken raakt. De inventarisatie van vragen bij het thema oecumene maakte dat duidelijk.
Het ging dus over het thema interreligie. Iemand gaf aan dat wat haar betreft de contacten met andere religies mogen groeien en dan vooral een praktisch karakter hebben. Een ander gaf aan dat je ook aan spirituele vragen niet ontkomt, maar dat er wel onderscheid blijft tussen de waarde en het vertrouwen dat men schenkt aan de persoon van Jezus Christus en zijn opstanding uit de doden. Een derde wilde weten of je vragen van interreligie niet moet blijven onderscheiden of ze inderdaad met oecumene moet verbinden. Klaas van der Kamp gaf als zijn mening aan dat sinds de val van de Twin Towers het thema van de interreligie een essentieel onderdeel is geworden van de activiteiten van de Raad van Kerken in Nederland. De meerderheidspositie van seculiere mensen bij de overheid en de pers onderstrepen het belang van samenwerking nog verder.
Leden van het Poolse Leger des Heils wilden weten hoe de ervaringen zijn in andere landen met de Rooms-Katholieke Kerk. In een land waar de RKK de meerderheid vormt, krijg je nogal eens de indruk dat oecumene niet meer betekent dan een zogenaamde terugkeer naar de RKK. Een afgevaardigde vanuit Italië herkende het punt. De algemeen secretaris gaf in overweging of die houding misschien minder confessioneel gebonden is, maar meer te maken zou kunnen hebben met het feit of een kerk qua omvang evenknieën kent of gewend als vanuit een dictaat te werken, dan wel heeft geleerd minderheidskerken nadrukkelijk ruimte te bieden en de eigen positie te laten invullen.
In een inleiding ging Klaas van der Kamp in op de geschiedenis van de oecumene. Hij trok een paar bijbelse lijnen en benoemde de unieke bijdrage van het Leger des Heils aan de oecumene. Hij refereerde aan het beginsel dat het Leger des Heils als geen ander mensen accepteert en verder helpt zonder veroordeling of inkadering. Hij noemde ook de sleutelpositie die het Leger inneemt tussen evangelicalen en oecumenische christenen.
Tijdens informeel contact ging het gesprek verder over de zichtbare religieuze kleding. Van der Kamp droeg een collaar, waarmee hij eerder op de dag de marechaussee op Schiphol had bezocht. Hij zei het belangrijk te vinden dat mensen tijdens zo’n ontmoeting zich blijven realiseren dat ze met vertegenwoordigers van de kerk spreken. Diverse bezoekers onderstreepten dat bij het Leger, waar het natuurlijk heel gebruikelijk is om een uniform te dragen of kleding die op een andere manier herkenbaar is als van het Leger. ‘Together we’re one’ is een shirt dat je nogal eens bij het Leger ziet, en ook bij de cursisten tegenkwam.
Foto’s: Boven de Poolse afgevaardigden, onder Wouter Rozema uit Nederland draagt het herkenbare shirt.