Het convenant geeft de oecumene weer terug aan de plaatselijke partners. Oecumene begint bij het samen herkennen van de tekenen van Gods aanwezigheid in de eigen directe omgeving. In de oecumene wissel je uit wat ieder daarvan ontdekt heeft.
Dat stelde prof. dr. Erik Borgman op 22 maart in Amersfoort bij de start van de campagne Bundel de krachten in een convenant en bij de presentatie van Gebundelde krachten in de oecumene, die in het kader van de campagne is verschenen in de reeks Oecumenische Bezinning.
Erik Borgman sprak over een crisis in de oecumene, die mede veroorzaakt wordt door het feit dat de grondslag van de oecumene is vergeten. Het kan er in de oecumene niet om gaan om de positie van de kerken te verdedigen en samen te proberen de invloed van de kerk in de samenleving veilig te stellen. Waar ging het dan wel om in de oecumene, vroeg Borgman zich af. Hij zei, dat de bezinning die bij het sluiten van een convenant hoort, uitnodigt om de kern van de oecumene hernieuwd te formuleren.
Herbezinning op de grondslag leidt bij hem als rooms-katholiek tot een herlezen van de documenten van het Tweede Vaticaanse Concilie. Oecumene bestaat uit het besef dat het gaat om Christus en de Geest. Waar herkennen wij zijn werkzaamheid? Die is ook bij anderen te vinden. Oecumene betekent dat er bij de anderen wat te halen is.
En het mooie van plaatselijke oecumene is dat geloofsgemeenschappen samen zich afvragen waar er in hun eigen directe omgeving de tekenen van Christus’ werkzaamheid zichtbaar worden en wat zij daarvan zien.
Opmerkelijk was zijn pleidooi voor diversiteit. Oecumene kan zo gauw bestaan uit het houden van gezamenlijke diensten, die een soort gemene deler vormen van beide tradities. Als lid van een oecumenische gemeente ging het hem op den duur tegen staan om nooit meer een kruis te slaan in een viering. Het gaat er niet om terughoudend te zijn met de eigen traditie als men oecumenisch samenwerkt. Integendeel. Borgman bepleit om die terughoudendheid te laten varen en aan elkaar te geven wat de rijkdom van de eigen traditie is. En in lijn daarmee waarschuwt hij dat de verschillen veel taaier zijn dan men denkt. “Protestanten kunnen niet eens liturgisch staan!” was zijn verzuchting. Neem die verschillen serieus en doe niet alsof ze alle al overwonnen zijn. Hij bepleitte juist uitwisseling van het eigene.
In de sluiting van een convenant, zo zei hij, spreekt hem aan dat die begint met het vieren van wat men al samen doet. Het vieren van de oogst. Dat vieren breekt met het activisme dat veel oecumenische samenwerking kenmerkt. Gezamenlijk adopteert men in een convenant wat men al samen doet en door de bezinning over de doelen die men over drie jaar bereikt wik hebben komt er dynamiek in de samenwerking.
Borgman ziet overeenkomsten tussen het convenant en de Verklaring van de Rechten van de Mens. Deze verklaring legt vast wat de rechten zijn, terwijl men het niet eens hoeft te zijn over de gevolgen ervan en de grondslag. Vanuit verschillende tradities schaart men zich achter deze verklaring. Die verschillen en de ruimte die men daarbij aan elkaar geeft zijn juist vruchtbaar om samen hetzelfde doel na te streven. Die zelfde kracht ziet hij ook achter het convenant werkzaam zijn. Vanuit verschillende kerkelijke en confessionele tradities zet men zich samen in voor dezelfde doelen.
Tot slot stelde hij voor om de bekende trits vieren, leren, dienen om te draaien. Eerst samen als geloofsgemeenschappen dienen, dan je daarop bezinnen en een leerproces aangaan en dan samen vieren. In het dienen richten de plaatselijke geloofsgemeenschappen samen hun blik op de aanwezigheid van de Heer om hen heen en zijn zij dienend aanwezig.
Dat is hun eerste taak. De rest volgt daaruit.
Aan het slot kreeg Erik Borgman een beeldje dat het logo vormt van de campagne Bundel de krachten in een convenant. Met het overhandigen aan hem van dat beeldje werd het startsein voor de campagne gegeven: Bundel de krachten in een convenant.
Plaatselijke geloofsgemeenschappen die het proces van het sluiten van een convenant willen starten kunnen in Gebundelde krachten in de oecumene een checklist en een handreiking vinden die hen de weg wijst. De uitgave is krijgen bij de Raad van Kerken, Kon. Wilhelminalaan 5, 3818 HN Amersfoort, tel. 4633844 of rvk@raadvankerken.nl.
Vanuit het Leger des Heils reageerde commissoner Hans van Vliet, commandant van het Leger des Heils in Nederland op de woorden van Erik Borgman en op de presentatie van convenanten. Door het sluiten van een convenant zijn we de vrijblijvendheid voorgoed voorbij. Dat sprak hem aan.
Geert van Dartel, secretaris van de katholieke Vereniging voor oecumene ziet in de handreiking een hulpmiddel om de plaatselijke oecumene te versterken, juist daar waar de oecumenische samenwerking al volop bestaat. Maar hij vroeg zich af hoe men nog een nieuw proces kan starten op plaatsen waar die samenwerking niet bestaat.
Harm Dane, medewerker van het expertisecentrum van de Protestantse Kerk in Nederland, bewees zijn waarde als trendwatcher door te beschrijven dat kerkmensen moe zijn, een anti-institutionele houding aannemen en dat er verder een kloof is ontstaan tussen de theologie aan de universiteiten, de theologie van kerkleiders en de theologie van gemeenteleden, die een huis voor de ziel zoeken. Kan het convenant daarin een brug vormen?
Erik Borgman dacht van wel en ziet in de convenanten een flexibele organisatievorm die een zinnig proces op gang kunnen brengen tussen plaatselijke geloofsgemeenschappen, dat hen brengen kan naar de kern van oecumene en van de opdracht om samen kerk van de Heer et zijn in de eigen directe omgeving.
Jeanne van Hal overhandigde als voorzitter van de taakgroep Convenanten aan Henk van Hout, voorzitter van de Raad, Oecumenische Bezinning 41, Gebundelde krachten in de oecumene. Henk van Hout gaf dit exemplaar weer door aan Els Alebregtse, die samen met Ron Vermeulen, Nico Andriesse en Peter van der Kolk de delegatie uit Zoetermeer vormde.
Els had eerder een levendige Power Point presentatie gegeven over de oecumenische samenwerking in de wijk Meerzicht in Zoetermeer, waar katholieken en protestanten vanaf 1980 al samenwerken. Die samenwerking werd bekroond met het sluiten van een convenant in 2007, dat in 2010 werd verlengd.
Verslag: Jaap van der Linden, secretaris taakgroep Convenanten.