Spontane mix open huis

Dat mensen die elkaar nog maar een paar uur kennen toch heel onbevangen met elkaar kunnen omgaan, blijkt tijdens de open middag van de Raad van Kerken op vrijdag 2 september. Tijdens het glas wijn na afloop staat de gereformeerde dominee uit Zwartsluis gearticuleerd te praten met broeder Johan van de rooms-katholieke parochie uit Utrecht. De Waalse predikant met zijn mooie Franse tongval ruilt visitekaartjes met zijn Amsterdamse collega uit Noord. En de predikante van de Evangelische Broedergemeente wisselt ervaringen uit met voorgangers van de Zevendedags Adventisten. Ze hebben met elkaar een nieuwsgierige houding gemeen voor wat er in de kerk voorhanden is en een warme belangstelling voor mensen.

Tijdens een plenair gesprek komen diverse ervaringen naar voren. Een predikante uit de Alblasserwaard vertelt dat er in haar regio weinig oecumenische contacten zijn. Of anderen dat herkennen en idee hebben hoe de oecumene te stimuleren? Er gaan verschillende suggesties over tafel. ‘Zoek elkaar persoonlijk op als pastor’, ‘Begin een gesprek met elkaar over de Bijbel’, ‘Zorg dat je samen optrekt naar de overheid’.

En wanneer er in je woonplaats geen officiële raad van kerken is?, vraagt een ander. De groep is het er gauw over eens, dat het fenomeen van raad van kerken op zich niet heilig is, maar dat het wel nuttig werkt als je structuur geeft aan de samenwerking.

Een predikante vertelt dat ze eerder jarenlang in een rooms-katholieke parochie heeft gewerkt. Ze ervaart toch meer ruimte in het protestantse circuit. Maar met liefde ook voor het parochieleven doet ze een oproep om zich in de oecumene niet blind te staren op dat ene onderdeel waarvan de deur dichtzit: de eucharistie; maar vooral te zoeken naar de vele opties die er wel zijn.

De predikante uit Deventer vertelt dat de raad van kerken in de Hanzestad zich solidair verklaart met de krakersbeweging. En in de wandelgangen zegt een protestants predikant met een stevige achtergrond, dat hij wel voor oecumene is, maar toch nog wel moeite heeft met zaken als Maria en de relikwie. ‘Als dat wordt opgedrongen, haak ik af’. Iemand anders reageert: ‘Het wordt je niet opgedrongen; maar je moet het de ander ook niet willen afnemen’.

De open middag begint met een powerpointpresentatie waarin Klaas vander Kamp een paar lijnen aangeeft in de organisatie en de oecumenische geschiedenis. ‘Ik vond die koppeling aan de sociale geschiedenis wel aardig’, zegt een predikante uit de adventistentraditie. ‘Ik had nog iets meer kerkgeschiedenis verwacht. Maar ik vond die clustering wel inzichtelijk’. Ze refereert daarmee naar de koppeling van de oecumene aan maatschappelijke ontwikkelingen.

In een eerste periode ligt het accent van de oecumene op de missiologie (1910 – 1940), onder de indruk als men was van de zendingsvelden en het besef om daar met één mond te getuigen. Een tweede periode legt de spits bij de ecclesiologie (1945 – 1968), waarin de oecumene zich sterk concentreert op ecclesiologische thema’s. Van 1968 – 1989 (2001) ligt het accent op politicologie en economie; het zijn de jaren van het conciliair proces met de thema’s gerechtigheid, vrede en heelheid van de schepping. Na de val van de muur (1989) is er minder urgentiebesef voor vredesvragen en na de val van de Twintowers (2001) blijkt een ieder hoe belangrijk het is om het contact te zoeken met andere godsdiensten. De actualiteit van de godsvraag is relevant; met vragen over het godsbeeld in de ene en in de andere religie.

Klaas van der Kamp noemt daarbij de triniteit als theologisch aanknopingspunt voor het gesprek met andere religies. Hij citeert Berkhof die er op heeft gewezen dat je de triniteit niet moet aftasten om het godsbeeld nog dieper te verstaan, maar dat je de triniteit moet bevragen om de voortgang van de geschiedenis en het spreken van God in de geschiedenis beter te begrijpen. De christologie zorgt daarbij voor de eigen identiteit en de pneumatologie geeft juist meer aanknopingspunten voor de dialoog. Hij noemt onder meer de rooms-katholieke theoloog Da Costa die daarop heeft gewezen.

Greetje Witte – Rang gaat in op de beraadgroep Samenlevingsvragen. Ze noemt voorbeelden uit de recente geschiedenis van analyses; onder meer inzake de oorlog in Libië en het recht om jezelf te beschermen (right to protect) en het advies over ritueel slachten. Ze vertelt vanuit haar lange geschiedenis bij de Raad ook hoezeer de Raad is afgeslankt na de ingrijpende bezuinigingen die ongeveer vier jaar geleden zijn opgelegd. Vanuit de groep komt de vraag naar voren of er nog speciale aandacht is voor de vrouwensynode. Het antwoord luidt dat het vrouwenwerk geen aparte plek heeft in een werkgroep.

Er is een rondleiding door het gebouw van de Raad van Kerken en een korte viering in de kapel maakt de ontmoeting compleet. ‘Wees met ons, als we naar huis gaan’, zo klinkt het gebed, ‘inspireer ons, zodat gelovigen over kerkmuren heen elkaar herkennen en de kerken samen de wereld dienen’.

Fotobijschriften:
Ds. Carla Schoonenberg – Lems (’s-Gravenzande) en haar collega van de Evangelische Broedergemeente verstaan elkaar.

Ds. Enrico Karg (binnenkort werkzaam als voorganger in de gemeente van de Zevende Dags Adventisten in Amersfoort) raadpleegt nog even zijn iPad.
Legerpredikant ds.Velema, zelf  tot  voor kort christelijk-gereformeerd en nu PKN.
Pastores spreken elkaar, in het gezicht zichtbaar broeder Johan.