Ir. Jan van der Kolk, voorzitter van de projectgroep Vluchtelingen, blikt voor zijn kerkblad nog eens terug op het bezoek aan Ter Apel. Hij was daar met een delegatie van de Raad van Kerken in Nederland en werd vriendelijk ontvangen door het management van het vluchtlingencentrum. In zijn bijdrage met de titel ‘Raad van Kerken bezoekt Vluchtelingencentrum Ter Apel’ legt hij uit hoe Nederland met vluchtelingen omgaat en waar volgens hem aanpassing van het beleid nodig is.
Op 1 februari bracht een delegatie van de Raad van Kerken in Nederland een bezoek aan het uitzetcentrum voor uitgeprocedeerde asielzoekers in Ter Apel. Leden van de delegatie waren onder meer de preses van de Protestantse Kerk ds. Verhoef, bisschop de Korte van Groningen en ikzelf voorzitter van de projectgroep Vluchtelingen van de Raad van Kerken.
Doel van het bezoek was ter plekke kennismaken met de leefomstandigheden van de bewoners en de werkwijze die gevolgd wordt. Bovendien werd aan de vertegenwoordiger van Minister Leers het eerste exemplaar van het vernieuwde Basisdocument van de Raad van Kerken voor een humaan asielzoekersbeleid overhandigd.
In Ter Apel verblijven, in principe voor maximaal 12 weken, zo’n 600 mensen van wie is vastgesteld dat ze in Nederland definitief geen asiel zullen krijgen, en met wie gezocht wordt naar een waardige manier voor hun terugkeer. Opvallend is overigens, dat in Ter Apel tientallen malen is vastgesteld, dat er in de eerdere procedure zodanige fouten zijn gemaakt (ernstige feiten, zoals slachtoffers van mensenhandel over het hoofd gezien) dat betrokkenen alsnog voor asiel in aanmerking zouden moeten komen. De woonomstandigheden zijn eenvoudig, bedoeld voor kort verblijf, waarbij meerdere gezinnen in één kleine leefunit samen wonen. Nu e rechter heeft bepaald, dat gezinnen met kinderen niet mogen worden uitgezet, wonen sommige gezinnen hier echter al twee jaar en krijgen de kinderen in het Nederlands onderwijs.
Helaas blijkt ook hier weer, dat theorie en praktijk vaak niet met elkaar sporen. Dertig landen, waaruit veel asielzoekers afkomstig zijn, nemen onder geen voorwaarde mensen terug. Ook zijn er mensen zonder paspoort of nationaliteit (bijvoorbeeld Palestijnen) die nergens heen kunnen. Waar die dan heen moeten? Dat wordt administratief opgelost, door deze mensen in Emmen op de trein te zetten met een dagkaart voor de spoorwegen, met de opdracht binnen 24 uur het land te verlaten. Waarheen? Op straat! Illegaal. De gebruikelijke term daarvoor is ‘klinkeren’, op de klinkers zetten. En de huidige regering wil illegaliteit (en hulp aan illegalen) strafbaar stellen, crimineel maken. Dat betekent dus, dat de overheid dan zelf een strafbaar feit pleegt, door iemand illegaal te maken. Voor zulke situaties, en dat zijn er honderden per jaar, bestaan geen eenvoudige oplossingen, en iedereen weet dat, maar niemand heeft er echte oplossingen voor.
Opvallend is ook, dat vrijwel alle bewoners met wie wij spraken (minister Leers spreekt liever over ‘gevallen’, die hebben geen gezicht) goed of zeer goed Nederlands spraken, dus geruime tijd in Nederland zijn, de kinderen langdurig in het Nederlands onderwijs hebben gekregen. En omdat asielzoekers niet mogen werken, geen opleiding hebben gekregen of werkervaring onderhouden hebben. En dus ook niet voorbereid zijn op een werkzaam bestaan elders. En vaak betreft het jonge mannen tussen de 20 en 30, die al 10 jaar niet hebben mogen werken, in afwachting van hun procedure. Eenvoudige oplossingen bestaan ook hier niet.
Sinds het asielbeleid de laatste jaren onderwerp is geworden van populistisch debat constateren de kerken, dat het gewoon is geworden over asielzoekers in zeer negatieve bewoordingen te praten. En dat alleen al is reden voor grote zorg. Juist omdat er vaak geen eenvoudige oplossingen zijn voor situaties waarin mensen, meestal buiten hun schuld en ten koste van heel veel leed en vaak hun veiligheid zijn gekomen. Daarnaast mag van een rechtvaardige overheid verwacht worden dat ze ook deze mensen als mensen ziet, die rechten hebben als mens en met wie gezocht moet worden naar rechtvaardige oplossingen voor hun situatie. In Ter Apel wordt dat geprobeerd, maar met de huidige, en zeker de afgesproken nieuwe regels lukt het in veel gevallen niet.
Jan van der Kolk
Foto’s:
Boven ir. Jan van der Kolk rechts naar mgr. Gerard de Korte tijdens een voorbereidingsgesprek in Ter Apel
Onder Jan van der Kolk te midden van een medewerkster van Coza en rechts Kees Nieuwerth van het moderamen van de Raad van Kerken