Het was een ontroerend moment. De liturgen van verschillende kerken gaven elkaar de vredeskus. Ze stonden voorin de Syrisch Orthodoxe Kerk in Amsterdam. Ze wensten elkaar de vrede van Christus toe. Zondag 16 januari werd de Week van Gebed om Eenheid onder de Christenen geopend in de Syrisch-Orthodoxe Kerk aan de Keizersgracht in Amsterdam.
De gastvrijheid van de Syrisch-Orthodoxen sloot op vriendelijke en stijlvolle wijze aan bij het feit dat het materiaal in 2011 is gemaakt door de christenen in Jeruzalem. De talloze bezoekers van de diverse kerken hoefden maar een moment in de Amsterdamse kerk te zijn om die verbondenheid met de kerk in het Midden-Oosten te horen en op te snuiven. De wierook onderstreepte mild de vergeving van schuld. En de liederen en de antifonen van het koor brachten een passende combinatie van oosterse klankkleur en Nederlandstalige teksten. Een hoogtepunt in de koorzang vormde ongetwijfeld het in het Syrisch gezongen Onze Vader: ‘Abun dhasmajo’.
De Syrisch-Orthodoxe gemeenschap had in samenwerking met leden van de Raad van Kerken en van de Evangelische Alliantie de dienst ter dege voorbereid. Het aardige was dat men daarbij niet alleen vele oecumenische gasten kon verwelkomen, maar dat ook de orthodoxe gemeenschap goed vertegenwoordigd was, van jong tot oud. Zo kon je jongvolwassen mannen zien in stoere blinkende jasjes en jonge vrouwen met witte kanten sjaaltjes om het hoofd. Protestanten konden uithalen bij de gemeentezang die inzette met psalm 122. De leider van de gemeentezang, ds. Gert Landman, mocht daarnaast andere liederen inzetten, bijvoorbeeld uit de Taize-traditie het ‘ Bless the Lord my soul’.
Aartsbisschop Mor Polycarpus, aartsbisschop in Nederland, verzorgde de overweging. Hij vertelde een verhaaltje uit een catecheseboek voor de Syrisch-Orthodoxe jeugd. Het ging over een gemengd gehuwd echtpaar uit de negentiende eeuw. Het was gebruikelijk in Roermond, de plaats waar ze woonden, dat protestanten en rooms-katholieken een eigen deel van de begraafplaats hadden. Maar het echtpaar wilde daarin niet berusten. Daarom lieten ze zich elk aan de rand van het eigen deel van de begraafplaats leggen na hun overlijden, maar met een hand in steen uitgestrekt naar de ander.
Polycarpus vertelde verder hoe de oecumene gegroeid is. Hij verwees naar de deelname van de Syrisch Orthodoxe Kerk aan de Wereldraad van Kerken, waarmee de band bevestigd werd met de protestanten en de orthodoxen. En hij verwees naar een document uit 1985 waarmee Syrisch-Orthodoxen en Rooms-Katholieken dichter bij elkaar waren gekomen. Hij ging ook in op de opening van een nieuw seminarium in Salzburg, belangrijk voor de vorming van leden van de Syrisch-Orthodoxe Kerk.
Voorgangers uit diverse tradities waren bij de voorbeden betrokken. Ds. Jan Wessels was er van de Evangelische Alliantie, majoor Jeanne van Hal van het Leger des Heils, ds. Marius van Leeuwen van de Remonstrantse Broederschap, mgr. Dick Schoon van de Oud-Katholieke Kerk en mgr. Jan van Burgsteden van de Rooms-Katholieke Kerk. ‘Samen met de kerken in Jeruzalem bidden wij tot de Heer:’, zo klonk het: ‘ Wij weten dat de eerste christenen alle dingen gemeenschappelijk hadden om hen die dat nodig hadden, te steunen. Wij belijden dat wij soms vasthouden aan onze eigen belangen ten koste van de armen’.
En ook: ‘Maak onze eenheid zichtbaar en maak de wereld nieuw, (…) als wij samen proberen om de vriendschap tussen joden, christenen en moslims te verbeteren en de muren van verschillen en haat te slechten’.
Matthijn Buwalda uit de Evangelische traditie had speciaal voor de week van gebed een lied gemaakt. Het werd in een stemmig duet van een jongen en een meisje gezongen. ‘Maak me trouw en toegewijd. Geef mij Uw standvastigheid. Maak me waardig en bereid. Zodat ik U trouw kan zijn’. ‘Ach, het is al afgelopen’, verzuchte een jong meisje van de Syrisch-Orthodoxe gemeente achterin de kerk toen de laatste klanken wegstierven in de fraaie echo van het kerkgebouw aan de Amsterdamse gracht.
De week van gebed duurt tot 23 januari en krijgt op honderden plaatsen in Nederland vorm met oecumenische kerkdiensten, vespers, avondgebeden en bezinningsmomenten.
Foto’s:
De dienst werd ook door vele jongvolwassenen bijgewoond, vooral vanuit de Syrisch-orthodoxe gemeenschap; dit is ongetwijfeld een van de jongste aanwezigen.
Een hoog gewelf en gedempt licht zorgden voor een passende entourage.
Twee leden van de Syrisch-Orthdoxe gemeenschap, leden van de Raad van Kerken.
Wim Althuis, naast Geert van Dartel die voor de Raad veel werk verzette, de voorbereider uit de evangelische kring.